Economisch gezien is bitcoin een enorme bubbel. Dat geldt ook voor vergelijkbare cryptomunten als ethereum en ripple. Het is Tulpenmanie. Dat was een hausse in de tulpenhandel, die rond 1635 in Nederland speelde. Het was de eerste bubbel, zoals we die nu wel meer kennen. Op een gegeven moment was een tulp evenveel waard als een grachtenpand. Daar was geen enkele reden voor, zoals er ook nu geen enkele reden voor is dat een bitcoin zoveel geld waard is. En zoals dat ging met de tulpen, zo zal ook de waarde van de bitcoin kelderen.

Het doet ook denken aan de internetgekte rond 2000, toen aandelen in van alles wat met communicatie en internet te maken had enorm stegen, en iedereen ging beleggen in het 'nieuwe goud', maar waarvan de waarde als een zeepbel uit elkaar spatte. Zelf een aandeel van een gerenommeerd bedrijf als KPN ging bijvoorbeeld van een hoogtepunt van 43 euro in 2000 naar een dieptepunt van 1,40 euro in 2001.

Mensen die op een laat moment instapten, raakten bijna al hun geld kwijt. Daar kunnen we eigenlijk niet mee omgaan, we zijn gewend dat een belegging een zekere waardevastheid heeft. Je huis is enigszins waardevast, en de meeste beleggingen verliezen niet zo drastisch hun waarde als een aandeel tijdens een beursgekte, zoals gebeurde met de tulp, en zoals ook bitcoin dat zal gaan doen.

Dergelijke bubbels drijven op wat de theorie van the greater fool heet; de hoop dat er altijd wel een grotere gek is, die bereid is om meer te betalen dan jij voor het aandeel dat je zojuist hebt gekocht. En geef mensen eens ongelijk, de waarde van de bitcoin is zo ontzettend gestegen dat als je er in het begin een paar honderd euro in geïnvesteerd had, je nu je huis had kunnen afbetalen. Ook ik denk wel eens: 'Had ik maar..' Precies dat is de hebzucht en fear of missing out die zorgt voor de bubbel waar de bitcoin nu in zit. Mensen begrijpen niet goed wat het is, en gevoed door de succesverhalen die je overal leest en hoort, stappen ze in.

Tekst loopt door onder de afbeelding.

Foto: ANP / Rob Engelaar.

Maar nogmaals: dat zal niet zo blijven. Een belangrijke reden daarvoor is dat bitcoin geen bruikbaar betaalmiddel is. Er worden wel oplossingen bedacht om de bitcoin als betaalmiddel interessanter te maken, maar voorlopig is het nog niet zover. Geld moet aan een aantal voorwaarden voldoen, waar bitcoin en andere cryptomunten (nog) niet aan voldoen.

Zo moet het een zekere constantie hebben, de waarde moet niet te veel fluctueren. Als ik iets van jou koop, moet jij er zeker van zijn dat de munten die ik jou betaal, enigszins waardevast zijn. Jij moet erop kunnen vertrouwen dat dat geld de waarde blijft vertegenwoordigen van datgene dat je verkocht hebt. De enorme fluctuaties in de waarde van bitcoin, zoals deze week, maken wel duidelijk dat bitcoin die constantie niet heeft.

Ten tweede duurt het erg lang voordat een transactie met bitcoins helemaal zeker geregistreerd is. Dat duurt in ieder geval een uur, maar soms wel een dag of twee. Dat heeft te maken met de blockchain, het systeem waarin bitcoins geregistreerd worden. Door die traagheid, kun je bijvoorbeeld niet makkelijk iets kleins kopen met bitcoins.

De bitcoin is eerder te vergelijken met goud, dan met geld. Van geld kun je goud kopen, maar van goud geen producten. Je moet het goud verkopen, en van de euro's die dat oplevert, kun je weer producten kopen. Goud heeft tenminste nog een intrinsieke waarde, voor sieraden of industrieel gebruik. Een bitcoin is alleen maar een stukje code. Als er straks geen gek meer is die jouw stukje code om wil wisselen voor euro's, dan heb je er niets aan.

Tekst loopt door onder de video.

Veel interessanter dan de bitcoin, is het systeem waar het op draait: de blockchain. Als de bitcoingekte over is, is dat de kracht die blijft. Er zijn mensen die zeggen dat waar het internet het protocol is voor communicatie, blockchain dat is voor vertrouwen. Bitcoin is eigenlijk een denkexperiment, een geldexperiment dat onderzoekt of via blockchain een decentraal betaalsysteem te bouwen is – en daarin is het zeer succesvol.

De blockchain is de boekhoudtechnologie waar de bitcoin op draait. Het mooie van dat systeem is dat het decentraal is, er komt geen centrale toezichthouder aan te pas. Het is open source en voor iedereen inzichtelijk. In het geval van de bitcoin is er bijvoorbeeld een lijst waarop alle transacties die ooit met de valuta gedaan zijn, terug te vinden zijn.

Gecodeerd, dus niet te herleiden tot een specifiek persoon, maar wel voor iedereen inzichtelijk en dus controleerbaar. Eens in de tien minuten wordt die lijst ververst, waarbij op allerlei verschillende plekken (de blocks) via algoritmes de lijst gecheckt wordt (tegelijk maakt dat het systeem traag). Zo zorg je ervoor dat er niet gefraudeerd kan worden.

In het geval van bitcoin draait het systeem om geld, maar het kan ook gaan om contracten, informatie over identiteiten, of een elektronisch patiëntendossier dat daadwerkelijk niet te hacken is, omdat de gegevens in verschillende blocks is opgeslagen. Daar kunnen toepassingen op gebouwd worden waarin jij zelf kunt kiezen met wie je welke gegevens deelt of niet.

Zo wordt je zelf weer eigenaar van je data. Dat is de revolutionaire belofte van de blockchain, en de eigenlijke waarde van een van zijn eerste experimenten: de bitcoin.