Donkere wolken pakken zich samen boven het internet. Cybercrime en terrorisme, nepnieuws, filter-bubbels, smartphoneverslaving. Zelfs onze teddyberen kunnen we al niet meer vertrouwen nu ze rechtstreeks verbonden zijn met een overzeese server. Het wereldwijde web is niet langer de onschuldige vrijplaats die we zo graag omarmden. De vraag is nu waar we heen willen met de digitale revolutie.

Met al deze problemen, bovenop de gevolgen van digitalisering op de arbeidsmarkt, neemt de maatschappelijke weerstand tegen digitalisering sterk toe. Zozeer zelfs dat Silicon Valley miljardairs zich al voorbereiden op een volksopstand en veilige heenkomens hebben geregeld, voor zichzelf en voor hun kapitaal.

Vreemd genoeg lijken individuele gebruikers zich nauwelijks iets aan te trekken van de risico's die we ons ook maar moeilijk kunnen inbeelden. De meesten van ons gaan vrolijk door met posten en liken. En zonder blikken of blozen verstrekken we onze persoonlijke gegevens in ruil voor gratis content of een handige app.

De technologische revoluties uit het verleden, ingeleid door stoommachines, elektriciteit en de verbrandingsmotor, leidden ook al tot maatschappelijke vragen en weerstand. Zo gingen de spoorwegen ten koste van natuur, woonwijken en schone lucht, en passagiers ontwikkelden allerlei kwalen omdat ze niet gewend waren aan de nieuwe snelheden. Het toenemende gebruik van auto's leidde al snel tot vele dodelijke verkeersongelukken.

Uiteindelijk hebben we de gevolgen van deze revoluties altijd geaccepteerd. Slechts sporadisch zijn we erin geslaagd nieuwe technologie bij te sturen, bijvoorbeeld door middel van verkeersregels, en als dit al lukte dan duurde het decennia voordat het zo ver was.

Tekst loopt door onder de afbeelding.

Foto: Rawpixel.

Impliciet verwachten we ook nu weer dat de zorgen rond digitalisering van tijdelijke aard zijn. Bijvoorbeeld omdat betere encryptie alsnog bescherming zal bieden aan onze data, of omdat zo'n technologische revolutie nu eenmaal een kwestie van leren is. Net zoals de eerste treinreizigers moesten leren hoe zich te gedragen in een overvolle coupé, moeten wij nog leren hoe we ons online moeten gedragen. Uiteindelijk ontstaat er een nieuwe wereld met een nieuwe moraal waarin we ons ook wel weer thuis zullen voelen, zo lijkt de gedachte.

Toch is het de vraag of we hierop kunnen rekenen. Het is goed mogelijk dat digitalisering echt niet oplevert wat we ervan hopen. Wat als we niet kunnen en willen wennen aan die nieuwe wereld? We zijn nu op een punt aanbeland waarop we een keuze moeten maken over de manier waarop we omgaan met deze ontwikkelingen.

Nederland heeft vanaf het begin een prominente rol gespeeld in de digitale revolutie. We hebben een voortrekkersrol gespeeld in de realisatie van het Internet, onze economie is een de meest data-intensieve in de wereld en de Amsterdam Internet Exchange behoort wereldwijd tot de belangrijkste data-knooppunten. We kunnen dus ook weer leidend zijn in een meer kritische benadering van digitale technologie. Alles met alles en iedereen met iedereen verbinden brengt risico's met zich mee en we moeten ons afvragen waar en wanneer de toegevoegde waarde daarvan groter is dan die risico's. Dit heeft betrekking op industrie en infrastructuur en ook op de bescherming van gevoelige data.

We kunnen ons prima positioneren als het 'Zwitserland' van privégegevens; bij ons is je data veilig opgeborgen en krijg je de garantie dat niemand toegang krijgt zonder dat je zelf toestemming geeft.

Zogenaamde 'smart' teddyberen van Spiral Toys lekten eerder dit jaar meer dan 200 miljoen berichten tussen ouders en kinderen, die ze vanaf afstand met elkaar uitwisselden via de met het internet verbonden knuffels. Ook kunnen ze eenvoudig gehackt worden om vanaf een afstandje te worden bestuurd als spionage-apparaat.