Nieuwe vrienden maken buiten je hechte sociale cirkel is goed voor de samenleving. Dat zegt hoogleraar Beate Völker in gesprek met Brainwash.

"Sociale cohesie gaat over de verbindingen tússen bubbels."

Brainwash gaat in gesprek met Beate Völker. Zij is hoogleraar Stedelijk leven en sociale netwerken aan de Universiteit Utrecht en directeur van het Nederlands Studiecentrum voor Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR). Ze doet onderzoek naar sociale cohesie en in het bijzonder naar vriendschappen onder volwassenen. Je kan ons interview met haar lezen, luisteren of bekijken.

lezen

Hoe kunnen vriendschappen polarisatie tegengaan?

“Dat heeft te maken met sociale cohesie. Mensen denken vaak dat sociale cohesie berust op community, de comfortzone, daar waar je je thuis voelt. Maar het tegenovergestelde is waar. Sociale cohesie gaat over de verbindingen tússen bubbels. De zwakkere, vriendschappelijke verbindingen die sociale bubbels met elkaar verbinden.

We kennen allemaal The six degrees of seperations. Het idee dat de hele wereld verbonden zou zijn met maximaal zes schakels ertussen. We zouden allemaal zes handshakes verwijderd zijn van Kevin Bacon. Maar dat is een mythe. De gedachte komt uit een onderzoek van Stanley Milgram. Hij liet mensen uit Boston en Omaha brieven sturen naar mensen die ze niet kenden, via mensen die ze wel kenden. En de brieven die daadwerkelijk aankwamen hadden zes adressen gepasseerd. Maar wat Milgram en zijn collega’s vooral ontdekten was dat het de meeste mensen helemaal niet lukte! Er zijn kortom echt sociale bubbels die geen verbindingen hebben met andere bubbels; we leven in een gefragmenteerde en gesegregeerde wereld. Vriendschappen sluiten buiten je bubbel zorgt dus voor een stevigere sociale cohesie, meer verbondenheid en begrip over en weer.”

Waarom is dan juist vriendschap het beste vehikel?

“Een vriendschap is een opening naar een andere wereld. Door vriendschap leer je elkaar begrijpen. Je ziet iemand in context. Je voelt je solidair en verbonden, zonder dat je gelijk deel uitmaakt van de bubbel van die ander.

Via vriendschappen, vooral van de wat lossere vriendschappen, besef je dat er verschillen zijn, andere manieren van leven en denken en dat je elkaar toch nodig hebt en veel aan elkaar kunt hebben. De huidige problemen kunnen we niet oplossen zonder elkaar. Je hoeft die ander niet overal in te steunen, je hoeft niet hetzelfde geloof te hebben als je vrienden of dat geloof zelfs maar goed te keuren om er toch begrip voor te hebben dat het betekenisvol is voor die ander.”

Als de bubbels daadwerkelijk afgesloten zijn, hoe ontmoet je dan ooit nog iemand uit een andere bubbel?

“Je kunt een second degree diner organiseren. Dan nodig je mensen uit je wijdere vriendenkring uit en je geeft iedere gast de taak om iemand mee te nemen die de jij niet kent en zij ook niet heel goed kennen. Op die manier krijg je een heel divers gezelschap, zonder dat de gasten té ver weg van elkaar staan.”

Spannend, maar valt het gesprek dan niet al snel stil? We kennen allemaal de ongemakkelijke recepties als je naast iemand staat met wie je niks deelt.

“De crux voor zo’n diner is het gespreksonderwerp. Het helpt om conversation starters te bedenken. En dan geen koetjes en kalfjes. Maar grote onderwerpen: Waar was je vroeger bang voor? Wanneer was je voor het laatste gelukkig? Wat is geluk voor jou? Waar worstel je momenteel mee?

Ik heb een variant hierop een keer gedaan tijdens een lezing over vriendschap. Ik gaf de mensen de opdracht om met elkaar voor een half uur in gesprek te gaan over een big onderwerp, ik had een paar voorbeelden gegeven, met iemand in de zaal die ze niet kenden. En na een half uur kregen we de zaal haast niet meer stil!”

Hoe komt het dat we normaal gesproken vooral vriendschappen hebben binnen onze kring?

“De ultieme kweekvijver voor vriendschappen is nog altijd de opleiding. Onze studententijd is een vormende periode, waarin veel mensen hun vriendschappen voor het leven smeden.

Maar een andere goede plek is het schoolplein. Ouders staan daar vaak maar een beetje op dat plein te wachten. En ze hebben gedeelde belangen, kinderen met dezelfde meester of juf.

Vreemd genoeg zien we weinig echte vriendschappen op het werk ontstaan. Waarschijnlijk heeft dat te maken met de hiërarchie en de competitie en de drukte op het werk. Of dat het risicovol is, want als een vriendschap bekoeld of verkeerd loopt, kom je elkaar op het werk toch nog elke keer tegen.”

Dat verrast me. Van bijna alle banen die ik heb gehad heb ik wel een of twee vrienden overgehouden.

“Het verschilt ook significant per sector. In sectoren met non-standaard werk en non-standaard werktijden komen vriendschappen vaker voor. Zoals in de journalistiek. Dat is toch een sector waar je elkaar sterk nodig hebt, en waar het werk en privé makkelijker in elkaar overlopen als je onregelmatige werktijden hebt.”

Hoe veranderen vriendschappen door de loop van het leven?

“Vriendschappen veranderen het meeste tijdens transitiefases. De overgang naar de middelbare school, de eerste baan, een verhuizing, een eerste kind, een echtscheiding, pensionering. Dat zijn momenten waarop alles door elkaar gehusseld wordt en het leven in een steigers staat. Na zo’n transitie geven mensen hun leven opnieuw vorm. Hun dagritme veranderd. In die transitie gaan niet alle netwerkleden mee. Je gaat niet meer naar dezelfde sportclub of je kan niet meer tot laat doorzakken in de kroeg. Dan raak je elkaar een beetje uit het zicht.”

Hoe behoudt je belangrijke vriendschappen tijdens zulke transities?

“Als je dat wil, raad ik je aan om bewust bij elkaar gaan zitten en denken: hoe gaan we dit doen? Hoe zorgen we ervoor dat we elkaar nog kunnen blijven zien? Maar dat doen we meestal niet. Het gaat ongemerkt. Dat komt ook omdat je netwerk zich vanzelf weer vult. In zo’n transitiefase leer je namelijk ook weer nieuwe mensen kennen. Dat is interessant en spannend. Daardoor raakt je netwerk weer vol.”

Is er een vast aantal vriendschappen dat een mens heeft?

“Nee. Dat is het leuke aan vriendschappen. Die zijn niet exclusief. Het is heel persoonlijk, hoeveel vrienden je hebt. Sommige extraverte mensen gaan met een gietertje door het leven; overal waar ze langslopen bloeien er vriendschappen op. Andere mensen zijn introverter, hebben veel minder vrienden. Maar dat betekent niet dat ze ongelukkig of eenzaam zijn.

De meeste mensen hebben een redelijk kleine kring van echt hechte vriendschappen. Daaromheen beweegt zich een vriendschappelijk netwerk van mensen die iets verder van je afstaan. Meestal tussen de 10 en 20 mensen. Dat zijn de mensen die je op je verjaardag zou uitnodigen. In die kring is heel veel dynamiek, blijkt uit ons onderzoek. Wij hebben mensen om en nabij 20 jaar lang gevolgd en hun vriendschappelijke netwerken. En in die kring komen mensen van de periferie naar het centrum en andersom. Als zij nieuwe mensen noemen, blijken ze ook hun ‘nieuwe’ vrienden vaak al heel lang te kennen. Of mensen die jaren uit beeld waren keren ineens weer terug. Vooral dat laatste maakt dat vriendschappen een unieke vorm van een relatie zijn.”

Dus doodgebloede vriendschappen kunnen weer opleven?

“Zeker! Hoe langer je elkaar kent, hoe groter de kans is dat je elkaar ook blijft zien en tegenkomen. Maar ook een doodgebloede vriendschap kan weer opbloeien. Ooit was er een reden dat jullie bevriend waren. En die reden blijft vaak bestaan. Dat heeft meestal niet zoveel te maken met kale feiten zoals bij welke kerk je zit of welke sport je beoefent. De lijm van vriendschappen is vertrouwen, gezien worden voor wie je bent zonder opsmuk. Het is herkenning en bevestiging dat je goed bent zoals je bent.”

Herkenning is typisch iets wat we níet voelen met iemand uit een andere bubbel. Hoe kan je dan toch vriendschap sluiten met iemand uit een andere bubbel?

“Ja dat is inderdaad ingewikkelder. Daar is een open mindset voor nodig. Iets wat we, wat mij betreft, op school al moeten leren. Of eigenlijk: we moeten stoppen om kinderen af te leren. Want kinderen treden van nature de wereld met een open visier tegemoet. En wij leren hen om afstand te maken. Om verschillen te zien.

Er zijn hele sterke scheidslijnen tussen leeftijd, etniciteit, opleidingsniveau, sekse ook nog. Tussen mannen en vrouwen zijn nog steeds relatief minder vriendschappen dan tussen vrouwen onderling en mannen onderling. Wil je die kloven overbruggen, dan moet je het belang daarvan zien van zo’n vriendschap en geduldig aan die brug bouwen. En bereid zijn om het avontuur en de les aan te gaan dat er een meerwaarde schuilt in onze verschillen, mits we elkaar met maar een zekere genegenheid kunnen ontmoeten.

En vrienden die ánders zijn dan jij zijn ook heel fijn. Als al mijn vrienden op mij lijken, dan geeft dat misschien een fijn gevoel, maar als ik een probleem heb herkennen ze het misschien wel, maar kunnen ze het niet oplossen. Simpel voorbeeld: als al je vrienden heel handig zijn en goed in klussen kunnen ze je waarschijnlijk niet helpen met een probleem bij een tekst die je moet schrijven. En andersom, als je veel literair begaafde vrienden om je heen hebt verzameld, omdat dat heel veel overeenkomt met jouw primaire interesses, kunnen ze je zeer waarschijnlijk geen advies geven over de verbouwing van je huis. Diversiteit in je vriendenkring heeft daarom ook een duidelijke meerwaarde voor jezelf.”

Interviews elke twee weken bezorgd in je inbox?
abonneer je op onze nieuwsbrief

meer vriendschap