Wie iets van het leven wil weten, wentelt zich in verhalen. Of: door fictie 'de waarheid' ontdekken. En nog zo'n een: in kunst schuilen antwoorden op de grote vragen, belangrijke kwesties zoals die over de zin van het leven.

Voor mij waren dit stuk voor stuk 'wijsheden' of richtingwijzers die ik kon gebruiken in mijn werk — althans tot voor kort, totdat ik Werk ohne Autor van de Duitse regisseur Florian Henckel von Donnersmarck zag. Een volledig mislukte film waarin een jonge schilder door kunst op miraculeuze wijze de waarheid over zijn leven ontdekt.

Maar. Dat. Is. Fake. Zo dacht ik toen de film afgelopen was. Want de boodschap klopt helemaal niet. Die schilder ontdekt goedbeschouwd niets, hij kán helemaal niets ontdekken, omdat hij de feiten niet kent. Waarmee de vraag rijst: kun je ooit iets echt weten zónder de nuchtere feiten? En wat hebben we dan nog aan 'fictie'?

De schilder is ene Kurt Barnert, gebaseerd op een echte kunstenaar, Gerhard Richter, die in de jaren zeventig bekend is geworden met werken waarin hij foto's op impressionistische wijze naschildert.

Vlak na de oorlog wordt Barnert verliefd een jonge vrouw die net als hij student is aan de kunstacademie in Dresden. Haar vader is een gynaecoloog met een oorlogsverleden. En dát verleden raakt aan het verleden van Barnert, specifiek wat er met zijn lievelingstante in de oorlog is gebeurd, de tante op wie hij als jongetje een beetje verliefd was, de tante die bij hem het zaadje had gezaaid voor zijn liefde voor de kunst. De tante die aan hem vertelde: alles wat waarheid bevat, bevat schoonheid. Daarom moet je altijd blijven kijken naar de dingen, naar alles om je heen, ook naar je verleden.

We volgen Barnert terwijl hij worstelt met de vraag wat voor kunstenaar hij nu eigenlijk wil zijn. In de jaren zestig, op de kunstacademie, is het een en al 'concept' en 'avant-garde', maar Barnert kan zijn draai maar niet vinden. Een bevlogen docent zegt tegen hem: je moet schilderen naar je aard.

Tja. Dan doet Barnert dat en dan krijgt hij opeens een openbaring en dan gaat hij impressionistisch foto's naschilderen, en dan ontdekt hij het geheim van zijn vroege jeugd en dan is hij bevrijd.

Allemaal door de kunst, natuurlijk.

Tekst loopt door onder de video.

Trailer Werk ohne Autor (2018).

Zo vaag als ik het hier beschrijf is precies hoe het in de film overkomt. Het is een cliché dat vooral pijnlijk werkt. Want zo simpel, zo kant en klaar, kan de relatie tussen fictie en werkelijkheid nooit zijn. Dat is ook helemaal niet wat bedoeld wordt met de waarheid ontdekken door fictie. Je kunt van alles ontdekken door kunst te maken. Diepe inzichten over de aard van de mens, bijvoorbeeld. Maar je kunt nooit ontdekken wat nu precies aan de hand was met, in de context van dit verhaal, je schoonvader en je tante tijdens de oorlog. Om deze kennis te verkrijgen, heb je feiten nodig vergaard door uren in een archief door te brengen.

De perverse wijze waarop deze film omgaat met de relatie tussen kunst en waarheid problematiseert het idee dat fictie 'nut' heeft als manier om de werkelijkheid te duiden.

Want het ligt veel gecompliceerder. Zo'n drie jaar geleden publiceerde de Amerikaanse schrijver en literair criticus James Wood een essay in boekvorm getiteld The Nearest Thing to Life waarin hij precies die vraag onderzoekt: wat hebben we aan fictie?

Zijn titel ontleent hij aan de negentiende eeuwse Engelse schrijver George Eliot die schreef: 'Kunst komt het dichtst bij het leven; het is een modus om ervaring scherper te maken en om contact met onze medemens te leggen voorbij de grenzen van onze eigen, persoonlijke lotgevallen.'

Wat hierin opvalt is het primaat van de echte ervaring. Het gaat niet om de 'leugen' van fictie, maar om de wijze waarop fictie je dwingt de werkelijkheid onder ogen te zien, de werkelijkheid scherper te maken, scherper te ervaren. Nog belangrijker: om de wijze waarop verhalen je dwingen in de huid van de ander te kruipen. En hoe je deze ervaring terugploegt in de werkelijkheid, in je echte leven.

Mooie hieraan vind ik dat het niet om een mystieke ervaring gaat — zoiets overkomt Barnert in Werk ohne Autor — maar om een praktische, haalbare manier om de werkelijkheid te ervaren door fictie.