Wanneer je maar lang genoeg in de afgrond staart, dan staart de afgrond ook in jou, zei Nietzsche ooit. Een eigentijds equivalent is misschien wel: wanneer je maar lang genoeg in het internet staart, dan staart het internet ook in jou.

Een voorbeeld van dit gegeven is de ophef die begin deze maand ontstond over de glurende reclamezuilen die de NS op stations plaatste en die in staat zijn om voorbijgangers te monitoren. Nu is dat nog vrij onschuldig - ze kunnen alleen kijken hoe lang je naar zo'n abri kijkt - maar het is natuurlijk een kwestie van tijd voordat die abri's echt slim worden en behalve je leeftijd, je geslacht en je etniciteit ook je seksuele voorkeur kunnen bepalen.

'Het internet der dingen' wordt het wel genoemd: slimme apparaten die met elkaar en met onzichtbare derden communiceren en proberen ons gedrag in kaart te krijgen en te manipuleren. Dat is onderdeel van wat ook wel de surveillancesamenleving wordt genoemd. De surveillancesamenleving is een verwezenlijking van het panopticum zoals de achttiende eeuwse filosoof Jeremy Bentham dat al bedacht had. Het idee van het panopticum is een architectonisch principe waarmee de hele samenleving ingericht kon worden. Je kent ze wel, die gevangenissen in Haarlem en Breda die zijn ingericht met in het midden een geblindeerde wachttoren. Daaromheen de cellen van de gevangenen die nooit weten of en door wie ze geobserveerd worden. Volgens Bentham was dat een zeer effectief systeem, want daarmee kon je de mens disciplineren en conditioneren. Met het panoptische principe wilde hij 'de moraal hervormen, de gezondheid beschermen, de industrie stimuleren, het onderwijs verbreiden, de publieke lasten verlichten en de economie een rotsvaste basis verlenen. En dit alles dankzij een simpel architectonisch idee.'

De tekst gaat verder onder de foto.

Een cipier in de Koepelgevangenis (foto: ANP, Koen van Weel).

Benthams wens begint uit te komen. We gaan nu naar een digitaal panopticum op basis van data en algoritmes, die heel goed patronen in kaart kunnen brengen, die weten wat we doen en steeds slimmer worden in het voorspellen van ons gedrag. Dit nauwkeurig voorspellen van gedrag is de natte droom van despoten en dwingelanden. Een goed voorbeeld daarvan is dat rechters in de VS vonnissen bepalen op basis van een algoritme dat kan voorspellen hoe groot de kans is dat de veroordeelde nog een keer in de fout gaat. Bij een grotere kans op recidive wordt de strafmaat verhoogd. Het bleek overigens dat die algoritmes vooringenomen waren: Afro-Afrikanen kreeg veel vaker het etiketje risicoprofiel dan terecht was.

Wat ligt precies ten grondslag aan deze noodzaak om te voorspellen? We hebben last van een diepgewortelde argwaan ten opzichte van ons handelen. Ons handelen is inherent onvoorspelbaar, de gevolgen hiervan kunnen we niet overzien. De Duitse filosoof Hannah Arendt schreef ooit dat één enkele handeling letterlijk een hele sequentie van handelen in gang zet, die tot het einde der tijden voortduurt. Dat is een fascinerende gedachte die tegelijkertijd verontrust, want het betekent dat diegene die handelt nooit weet wat hij of zij doet. En dus zie je dat denkers en doeners door de eeuwen heen zich altijd bekommerd hebben om de vraag: hoe de menselijke kudde zo te temmen dat ze ons niet meer voor onverwachte verrassingen stelt?

Het digitaal panopticum dreigt dit inderdaad te gaan doen, en ons handelen te gaan te neutraliseren. Dit is de voorafschaduwing van het nieuws over de glurende reclamezuilen. Om maar weer op Nietzsche terug te komen: als je maar lang genoeg in het internet staart, staart het internet ook in jou. Misschien vinden we dat ergens wel een geruststellende gedachte.

meer weten?

Bovenstaande tekst werd eerder uitgesproken door Hans Schnitzler in Brainwash Radio, de verhalende nieuwsanalyse van Brainwash op NPO Radio 1. Elke laatste maandag van de maand, 20:30 tot 21:30 uur. Ook beschikbaar als podcast. Eind deze maand verschijnt Schnitzlers nieuwe boek Kleine Filosofie van de Digitale Onthouding. Lezers van Brainwash zijn van harte uitgenodigd voor de boekpresentatie in Pakhuis de Zwijger.