Immersieve technologie is cruciaal voor het voortbestaan van de mensheid. Immersieve technologieën zijn dingen zoals virtual reality: zo'n bril waarmee je verre oorden of nieuwe ervaringen kunt beleven. Of de extra visuele informatie die augmented reality je geeft. En ook dingen als het internet der dingen, kunstmatige intelligentie en machine vision.
Al die technologieën samen vormen een nieuwe taal waarmee je emoties overbrengt, door andermans ogen kunt kijken en andere culturen kunt begrijpen. En het levert nieuwe amusementsvormen op. Je kunt een film binnen stappen en naast James Bond zitten in een achtervolging. Of terugreizen in de tijd en horen hoe Da Vinci de helikopter uitvond – uit de mond van Da Vinci zelf. Of je kunt als grootouders aan je eigen keukentafel een bordspel spelen met je kleinkinderen in een ander land. Deze technologie maakt dat mogelijk.
Als je hierover hoort in de media, gaat het vaak over headsets en camera's. Maar de techniek is niet zo interessant, is zelfs vrij saai. Wij mensen zijn van nature sociale wezens: als je ergens heel verdrietig, blij of enthousiast van wordt, wil je dat met anderen delen –met je vrienden, familie en dierbaren. Als technologie het makkelijker maakt om daar uitdrukking aan te geven, dan wordt het interessant.
Dat is een heel natuurlijke neiging. We zoeken altijd manieren om ons uit te drukken, al van oudsher. De vroegste mens ontwikkelde een beeldtaal door in grotten op rotsen te tekenen. Toen ontwikkelden we spraak en schrift, schreven boeken met de hand. We gingen beelden vastleggen met foto's, en namen films op, met geluid. Dat geheel nieuwe audiovisuele medium groeide uit van een soort kermisattractie tot een krachtig massamedium met verhalen waarin je wordt meegesleept.
Toen de eerste maanlanding op tv kwam, had dat enorme impact en inspireerde het velen om de wetenschap in te gaan. Ik was toen nog niet geboren, maar als kind wilde ik ook astronaut worden. Ik ben niet bepaald in een ideaal gezin opgegroeid. Mijn ouders, jonge immigranten, kregen foute vrienden. Ze waren naïef en raakten verslaafd aan drank en harddrugs, wat resulteerde in huiselijk geweld en ruzie om geld voor drugs. Tot ze uiteindelijk uit elkaar gingen. Mijn alleenstaande en verslaafde moeder ging dealen om rond te komen, maar ook om zelf aan drugs te komen. De hele dag junks over de vloer dus, wat weer andere problemen gaf.