Twee redenen waarom dit ook voor ons in Nederland ertoe doet. Eén: er zijn sterke signalen, zeker in de laatste tien jaar, dat de ongelijkheid in Nederland toeneemt, op verschillende gebieden. In het onderwijs, maar ook wat betreft gezondheid en welvaart. Je kunt zeggen dat de waarschuwingssignalen afgaan. In de VS werden ze genegeerd, vijftig jaar geleden. Ik raad ons aan om ze in Nederland nu niet te negeren. Nog een punt. Deze grafiek (figuur 1) laat het effect zien van inkomensongelijkheid op gezondheids- en sociale problemen.
Het is geen verrassing dat helemaal linksonder de Scandinavische landen hier staan. Lage ongelijkheid en een goede score op gezondheids- en sociaal gebied. Meer naar rechtsboven toe kom je bij landen als het Verenigd Koninkrijk en, bijna buiten de grafiek, de VS. Extreme ongelijkheid en grote gezondheids- en sociale problemen. Ik wil jullie één ding meegeven: dit geldt voor arme mensen, maar ook voor de middenklasse en de rijken. Zij hebben ook betere gezondheidscijfers in die gezonde, relatief egalitaire samenlevingen.
We zitten in hetzelfde schuitje. Iedereen heeft er baat bij om aan de goede kant van de lijn te blijven en niet af te drijven naar het VK en de VS. We hebben programma's nodig die betere resultaten opleveren voor kansarme kinderen, hun gezinnen en scholen. We moeten die programma's voorzichtig opschalen zodat ze een verschil maken en de verschuiving naar inkomensongelijkheid zoals in de VS afremmen.
En dit is belangrijk: we moeten die programma's testen. Het idee moet niet meer zijn: ik heb een ideetje en het klinkt leuk, dus we proberen het gewoon. We moeten dit net zo aanpakken als de vaccins, die op dit moment worden getest, tegen covid. Geen van jullie zou een niet-goedgekeurd vaccin in laten spuiten. Je zou wel gek zijn. Er zijn aselecte gecontroleerde proeven, fase 1, 2 en 3, heel serieus allemaal, om te bewijzen dat de vaccins veilig zijn. Dat moeten we ook doen met programma's voor kansarme kinderen.
[banner id="4"]
Ik wil het over zo'n programma hebben, dat op kleine en grote schaal getest is in de VS. Het heet High Dosage Tutoring, of HDT. HDT komt erop neer dat tijdens schooltijd kinderen naar een tutoringlokaal gaan. Daar zitten ze een op twee. Een tutor, twee kinderen. Een uur lang, soms elke dag, soms wel vijf dagen per week. Het is intensief. De tutor kan echt contact maken met het kind. Echt uitzoeken wat het kind nodig heeft en dat ook aanbieden.
In een klas met 25 kinderen is het moeilijk om individueel les te geven. Bij rekenen moet je op een zeker moment zeggen: we gaan door naar decimalen of breuken. Dan zijn er kinderen, zeker op scholen met veel kansarme leerlingen, die nog moeite hebben met optellen en aftrekken. Hoe voel je je als het over decimalen gaat en jij kunt niet optellen en aftrekken? Het is niet te volgen. Dat leidt tot gedragsproblemen, stress, enzovoort. In een HDT-situatie gaat de tutor verder op het niveau van de leerling, geeft ze wat ze nodig hebben en laat ze ervaren hoe het is om iets te kunnen. Dan denken de leerlingen niet dat ze dom zijn, maar gaan ze oprecht geloven dat ze het kunnen.