Een bejaard echtpaar werd laatst gearmd en dood in bed gevonden. Ze waren beiden vrijwel simultaan een natuurlijke dood gestorven. Ingeslapen, niet meer wakker geworden. Als ik mocht kiezen hoe ik deze wereld verlaat, dacht ik, dan zo.

Toen ik hoorde over de ideeën van Aubrey de Grey begon ik te blazen en proesten. "We moeten ouderdom in een vroeg stadium voorkomen," zegt-ie. Die vent moest wel een klap van de malle molen hebben gekregen.

Ik was verontwaardigd. Het was een uitspraak die me kennelijk fundamenteel tegen de borst stuitte. Dat gevoel van verontwaardiging overheerste zodanig, dat ik eigenlijk niet bereid was zijn onderbouwing nog tot me te nemen. (Zo ongeveer, bedacht ik, moet men gereageerd hebben op Galilei toen hij zei dat de aarde rond was.) Maar hoezo?

De Grey beweert dat we het lichaam moeten zien als een machine, die vrijwel eindeloos opgelapt kan worden. Doodgaan doen we in zijn visie weliswaar nog steeds, maar met leeftijd heeft dat niets meer te maken.

Ik denk dat de reden van mijn verontwaardiging schuilt in het romantische beeld van dat gelijktijdig aan ouderdom gestorven echtpaar. Het is de vraag: "...maar hoe moet ik dán sterven?"