De Keuken van het Ongewenste Dier is een foodtruck die gerechten maakt van dieren waar de samenleving maar mee in de maag zit. Figuurlijk dan. Zo maakt De Keuken van het Ongewenste dier bijvoorbeeld kroketten van (een zeer klein deel) van de ruim 400.000 ganzen die de afgelopen tien jaar in Nederland werden gedood. Veruit de meeste van die dieren worden vernietigd.

Vorige week leidde ik een gesprek tussen Rob Hagenouw, initiatiefnemer van De Keuken en Eva van Esch, leider van de Utrechtse afdeling van de Partij voor de Dieren. De Partij had in de gemeenteraad kritische vragen gesteld bij de aanwezigheid van de foodtruck op een voedselfestival. Het bleek niet de eerste keer te zijn dat de PvdD moeite had met de aanwezigheid van De Keuken: eerder gebeurde hetzelfde in Arnhem en Rotterdam. In Rotterdam zwichtte de betreffende festivalorganisatie voor de druk en werd De Keuken gevraagd een workshop kraaien- en duivenplukken toch maar af te gelasten.

En dat is opvallend, want voor een buitenstaander lijkt de doelstelling van De Keuken wel te verenigen met de doelen van de Partij: het initiatief is erop gericht mensen te laten nadenken over hun vleesconsumptie. Waarom ruim honderd miljoen kippen in Nederland houden als je nog een stapel van 400.000 onopgegeten ganzen hebt liggen? En waarom moet je überhaupt zoveel ganzen om zeep helpen?

Dus waarom stelt de Partij keer op keer kritische vragen bij uitgerekend deze foodtruck (en bijvoorbeeld niet bij de 'plaatselijke pulled-porkbrandweerwagen', zoals Daan van Doesburgh in een goede column in VN het verwoordde)?

Daarop heb ik antwoord gekregen: de Partij van de Dieren ziet het doden van de dieren die De Keuken serveert als is een zinloze misdaad (in het geval van de ganzen zet het inderdaad weinig zoden aan de dijk). Het eten van de slachtoffers wordt daarmee een legitimering voor het doden.

De Keuken redeneert: ze zijn al dood, waarom ze niet opeten? De toch al vleesetende consument leert ondertussen wat bij over zijn wereld. En misschien eet 'ie een karbonaatje uit de bio-industrie minder.

De Partij heeft strikt genomen gelijk: door de 'slachtoffers' op te eten wordt de ganzenproblematiek niet opgelost en lijkt het massale doden van ganzen beter te rechtvaardigen. Toch is de houding van De Keuken beter: ze is pragmatisch. We moesten eerst maar eens leren wat er al op ons bordje ligt (en het netjes leeg te eten!) voor er van ons verwacht kan worden dat we complexe morele vraagstukken doorgronden.