De discussie over wat goed eten is, wordt op de verkeerde manier gevoerd. Meestal wordt er gesproken over wat we nu consumeren, versus wat we nodig hebben.

We eten meer suiker dan we nodig hebben. En dat is slecht voor onze gezondheid.

We eten meer vlees dan we nodig hebben. En dat is slecht voor dierenwelzijn en het milieu.

Maar de vraag is helemaal niet wat we nodig hebben. De belangrijkste functie van eten is meestal niet brandstof. Vrijwel alles wat we eten dient iets van een heel andere aard: genot.

Mensen hebben maar heel weinig eten nodig. Fysiek gezien kunnen de meesten van ons, in ieder geval in het weldoorvoede Westen, gemakkelijk een aantal dagen zonder eten. Een gezond, weldoorvoed mens eet meestal veel meer dan nodig is. De medische wetenschap is het er ook redelijk over eens dat juist weinig (maar wel regelmatig en divers) eten er voor zorgt dat je ouder wordt.

Er zijn wereldwijd 780 miljoen mensen met echte honger, becijferde de FAO, de voedselafdeling van de VN. Een schande voor een wereld waarin zoveel geproduceerd wordt. Zoveel verspild. Dat we het laten gebeuren, zegt veel over onze aard.

Maar zodra die mensen het niveau van ernstige honger ontstijgen, wordt hun eetpatroon vormgegeven door lust. Je ziet het aan de obesitasepidemieën in ontwikkelingslanden. We eten wat we lekker vinden en niet wat we nodig hebben. Als we zouden eten wat we nodig hadden, dan had de wereld een heel aantal problemen minder. Honger, obesitas en overconsumptie van milieu- en klimaatbelastende voedselproducten zouden niet bestaan.

Door eten neer te zetten als primaire levensbehoefte, mis je het punt. Goed eten is altijd lekker.

Zie dit rapport van de Food and Agriculture Organization (FAO) van de Verenigde Naties.