Jezus die in zijn eentje zijn laatste avondmaal opeet of de lekkerste recepten met wc-papier. Je hebt ze vast langs zien komen: coronagrappen. Waarom grijpen we in tijden van crisis en verwarring massaal naar humor? We spreken met humoronderzoeker Giselinde Kuipers en filosoof en satiricus bij De Speld Sake van der Wall over de lach in tijden van corona.


Toen corona zich in Nederland en België begon te verspreiden werd humoronderzoeker Giselinde Kuipers meteen nieuwsgierig. Welke humor zou dit opleveren? Ze plaatste een oproep op Twitter om coronagrappen op te sturen. 'Het is een beetje per ongeluk begonnen en uit de hand gelopen,' vertelt ze. In een mum van tijd verzamelde ze, in samenwerking met Mark Boukes van de UvA, een internationaal onderzoeksteam om zich heen en gaven mensen van over de hele wereld massaal gehoor aan de oproep. 'We ontvingen duizenden zo niet tienduizenden grappen tegelijk.'

Niet omdat het coronavirus nu zo grappig is, maar omdat rampen vaak aanleiding geven tot grappen die heel breed worden gedeeld. Dat gebeurde bijvoorbeeld na het zinken van de Titanic, en na 9/11. 'We proberen met elkaar greep te krijgen op wat er aan de hand is. Door grapjes te maken kun je experimenteren met interpretaties. Je maakt het ook kleiner, want als je ergens om lacht maak je het minder serieus en daarmee meer behapbaar. En je deelt dat. Dat is het fijne aan humor: je doet het niet in je eentje.'

Dat gemeenschappelijke karakter is typisch voor rampenhumor, zeker in een mediacultuur, waarin het maken en verspreiden van (visuele) grappen heel makkelijk is geworden. 'We krijgen vooral memes, maar ook TikTok-filmpjes, liedjes, tekeningen en plaatjes binnen. Dat zijn relatief eenvoudige vormen waarvan de auteurs naar de achtergrond verdwijnen. Een meme is van niemand, een TikTok-filmpje dat viral gaat eigenlijk ook niet. Het zijn producties van hele gemeenschappen. Dat is anders bij meer gestandaardiseerde vormen van humor zoals satire en comedy, die wel eigendom van de maker zijn. Daar heb ik juist niet zo veel van gezien. Ik kan nog niet helemaal duiden hoe dat zit, maar het is interessant dat we, in een tijd waarin humor zo geprofessionaliseerd is geraakt, blijkbaar gelukkig worden van dat onprofessionele en dat knullige. Dat gevoel van allemaal samen.'

Toch zagen ook de professionele humormakers bij satirisch platform De Speld hun bezoekersaantallen de afgelopen tijd flink stijgen. 'Mensen zijn op zoek naar informatie en duiding, maar ze willen natuurlijk ook afgeleid worden,' zegt filosoof en De Speld-satiricus Sake van der Wall. 'Ze zoeken verlichting in een koortsachtige situatie waarin de hele maatschappij opeens verandert. Toen er wc-papier gehamsterd werd, plaatsten we bijvoorbeeld 'De 7 lekkerste recepten met wc-papier' – want wat moet je anders met die hele voorraad. Dat bericht werd heel goed gelezen'.

Coronagrappen gaan niet over echt leed, pijn of angst – meer over ongemak, bijvoorbeeld dat het vervelend is om met je kinderen thuis te zitten.

Als platform is De Speld er altijd op uit om meer te doen dan verlichting bieden. 'We maken humor met een boodschap, of een boodschap met humor. In satire wil je kritisch zijn op wat er in de samenleving speelt, op allerlei machtsmechanismes die aan het werk zijn. Het duidelijkste is natuurlijk de regering, maar het gaat niet alleen om de Ruttes van deze wereld. Het heeft ook betrekking op hoe we met elkaar omgaan. Het is niet zo dat de revolutie uitbreekt als je een artikel schrijft, maar satire kan mensen wel aan het denken zetten en het vervult een belangrijke functie in het debat. Je zou het kunnen vergelijken met een kritisch artikel in de krant.'

In het geval van een ramp of een crisissituatie komt vaak de vraag op of humor wel gepast is, of er eigenlijk nog wel wat te lachen valt. Voor Sake van der Wall is het antwoord altijd ja, want satire heeft ook in die situaties een commentaarfunctie. 'In zo'n geval steken we als redactie wel de koppen bij elkaar om te bepalen wat een goede grap is. Bijvoorbeeld na de aanslag op de Bataclan in Parijs. We hebben toen een heel groot stroomschema gemaakt met alle verschillende posities die je kon innemen in het debat. Sommige mensen vonden dat te ver gaan, maar wij vonden het juist een goede reactie op het vele politieke gepraat, op het debat zelf. Een echte gamechanger was de verkiezing van Trump. Het was niet meer business as usual, want er kwam een populist aan de macht die zichzelf buiten de liberale orde plaatste. Toen kwam de vraag op wat voor satire je daar nog tegenover kunt stellen. We kozen ervoor om bijna-feiten weer te geven, met geleende vormen uit de journalistiek. In plaats van 'De eerste 100 dagen van Donald Trump' maakten we een artikel met de kop 'De eerste 100 schandalen van Donald Trump', waarin ook echte leugens werden opgenomen. Normaal gesproken laat satire veel ruimte aan de lezer om in te vullen wat de grap is, nu hadden we het idee dat we meer stelling moesten nemen.'

Of corona ook een gamechanger is, daarvan is Van der Wall nog niet zo overtuigd. 'Corona grijpt heel diep in op onze levens, maar ik zie niet direct hoe onze reactie fundamenteel anders zou moeten zijn. Wij houden ons niet bezig met het enge virus dat als een soort natuurverschijnsel is ontstaan, maar we reflecteren op de politieke omstandigheden eromheen. We willen perspectief bieden, betekenis geven en irritaties benoemen – alles wat we normaal ook doen, maar met een hogere intensiteit.'

Toch ziet Van der Wall wel dat corona een accentverschuiving teweeg heeft gebracht. 'Onze hoofdredacteur vergeleek ons met het orkest dat blijft spelen terwijl de Titanic zinkt, want humor geeft in dit soort situaties troost. Op De Speld is de verbindende werking van humor nu duidelijker aanwezig is dan anders, maar toch denk ik dat we ook de klassieke functie van satire blijven houden.'

Dat verlangen naar gemeenschappelijkheid is in het geval van de coronacrisis opvallend mondiaal, zegt Giselinde Kuipers. Nooit eerder maakte de hele wereld zo lang zo veel grappen met elkaar. 'We hebben een survey in 32 talen en kregen grappen uit Uruguay, Zimbabwe en Indonesië. Er zit veel tussen wat ik gewoon niet begrijp, omdat ik de verwijzingen niet snap of de taal niet spreek. Ik zou eerst met de andere onderzoekers bij elkaar moeten zitten om iets te zeggen over de verschillen en overeenkomsten tussen de landen, maar mijn eerste indruk is dat de humor erg op elkaar lijkt. Zo zien we veel verwijzingen naar de populaire cultuur, wat past in een mediasamenleving. Denk bijvoorbeeld aan het liedje dat helpt om te weten hoe lang je je handen moet wassen. Dat werd vertaald naar allerlei lokale contexten. Ook waren er veel grappen over hamsteren met een lokale component – in Nederland bijvoorbeeld met de hamstertjes van Albert Heijn.'

Toch zijn er ook belangrijke verschillen tussen de landen. 'In sommige landen is de humor sterk gepolitiseerd, in andere landen helemaal niet,' legt Kuipers uit. 'In de Verenigde Staten zie je een sterke politieke lading. In Roemenië en Polen is dat ook het geval. De verklaringen daarvoor zijn speculatief, maar waarschijnlijk is het zo dat hoe gepolariseerder een land is, hoe politieker de grappen zijn.'

Wat Kuipers nog meer opvallend vindt, is dat er een ontwikkeling te zien is in het soort grappen dat wordt gemaakt. 'Wat ik me van tevoren niet zo realiseerde was dat we al twee fasen gehad hadden toen we begonnen met grappen verzamelen. In het eerste stadium zagen we vooral veel racistische grappen over Chinezen, daarna kwamen er grapjes met referenties aan populaire cultuur, popliedjes en reclames. Dat is de fase waarin je nog niet echt gelooft dat het allemaal echt bestaat – je maakt het behapbaar door het terug te duwen naar het domein van de populaire cultuur, de wereld van de film. De derde fase stond in het teken van hamstergrappen en daarna ging het heel lang over quarantaine, waarbij de humor soms ook politiek en wat grimmig werd. Alles bij elkaar bleek het een lopend commentaar op ontwikkeling van de hele crisis. Dat hebben we nooit eerder gezien.'

Die fasen zijn ook aan De Speld niet voorbij gegaan, hoewel het platform commentaar geeft op wat er gebeurt. 'We namen het racisme op de schop door het nieuws te brengen dat Chinezen in Nederland oorkapjes droegen om zich te beschermen tegen racistische opmerkingen,' vertelt Van der Wall.

Het coronavirus is een ontregelende kracht die onze wereld op zijn kop heeft gezet en veel leed heeft veroorzaakt. Toch zijn de grappen die Kuipers ontvangt relatief vriendelijk. 'Ze gaan niet over echt leed, pijn of angst – meer over ongemak, bijvoorbeeld dat het vervelend is om met je kinderen thuis te zitten. Ik had wel een tijdje verwacht dat er hardere grappen zouden komen, maar die heb ik niet gezien. Dat soort galgenhumor zie je bijvoorbeeld bij de brandweer, waar harde grappen als het ware een luik neerlaten tussen jezelf en een heftige gebeurtenis die je hebt meegemaakt, zoals een brand.' Ook voor De Speld is het leed van slachtoffers geen onderwerp. 'We maken geen mensen belachelijk die erg bang zijn. En een willoos slachtoffer een trap na geven, daar ben ik niet zo van,' aldus Van der Wall.

Inmiddels begint het aantal grappen dat Kuipers en haar collega's toegestuurd krijgen af te nemen. Wat is de volgende fase? Blijven we samen lachen als er een flinke recessie komt? 'In dat geval zullen maatschappelijke tegenstellingen weer duidelijk worden, kan er meer polarisatie ontstaan en zal de humor veranderen,' denkt Kuipers. Hoe dat er precies uit zal zien is moeilijk te zeggen. 'Humor is heel glibberig en de functie is slecht te controleren. Het moet natuurlijk altijd amuseren, maar daarnaast kan het ook buitensluiten of de sociale orde bevestigen. Het heeft een hele ingewikkelde catalogus. Nu is iedereen nog lief, knuffelig en solidair, maar die solidariteit zal verkruimelen.'

Giselinde Kuipers doet onderzoek naar humor. Ze is onderzoekshoogleraar Sociologie aan de KU Leuven.

Sake van der Wall is filosoof, docent en satiricus bij De Speld.