'Ik blijf me verbazen over de plekken waar het boek me brengt, waar ik op plekken beland waar ik mijn vroegere zelf nooit had kunnen zien. Ik ontmoet vreemden en we maken zulk intiem contact met elkaar. Ik merk dat ik me hier in Nederland erg op mijn gemak voel. Mensen staan open voor mijn woorden, ze willen leren.'
Met gedroogd bloed op haar handen wordt Chanel Miller wakker in een ziekenhuis. Haar onderbroek heeft ze niet meer aan. Het is 18 januari 2015. Een avond eerder is ze naar een feestje in een dispuutshuis op de campus van Stanford University geweest. Wat er daarna gebeurd is, weet ze niet. Van een agent krijgt ze te horen dat ze misschien verkracht is, maar dat dat niet zeker is. Nu, vijf jaar later, doet ze haar verhaal in Ik heb een naam, dat onlangs in Nederlandse vertaling verscheen.
Hoe gaat het met je?
Hoe kijk je terug op die bewuste avond in 2015?
'Stanford is eigenlijk in mijn achtertuin, dus ik kwam altijd vaak op de campus. Ik was er zelf al afgestudeerd met een diploma in literatuurwetenschappen. Mijn zusje kwam dat weekend thuis en we besloten naar een feestje in een dispuuthuis te gaan. Ik nam het niet serieus, het voelde niet bedreigend. Ik was niet op mijn hoede. Ik dacht, dit is gewoon een feestje in mijn woonplaats. We dansten. Het fascineert me nu, de losheid waarmee ik dingen deed. Ik zou dat nu nooit meer doen. De vrijheid van het dansen, van het naar buiten gaan om te plassen. Het eten van snacks, het drinken van whisky en champagne. Gewoon, de vrijheid te doen wat je wilt.'
'Mijn laatste herinnering is dat ik op de veranda voor het huis stond. De volgende is dat ik wakker werd in het ziekenhuis. Er zat gedroogd bloed op mijn handen, dennennaalden in mijn haar. Op het toilet ontdekte ik dat mijn ondergoed weg was. Ik kreeg maar weinig informatie. Er werd me verteld dat er iemand was opgepakt. Waarom diegene opgepakt was, dat zeiden ze niet. Mensen vragen me waarom ik dat niet aan de politie gevraagd heb. Ik denk omdat ik geen vragen wilde stellen waarop ik het antwoord niet wilde weten. Als jij informatie van me weghoudt, ga ik het niet uit je trekken, want ik wil het ook niet hebben.'
Pas veel later – ze is dan al uit het ziekenhuis ontslagen – zal Miller leren wat er die januarinacht gebeurd is. Niet omdat iemand haar in bescherming neemt en het haar vertelt, maar omdat ze erover leest, in krantenberichten op het internet. Ze leest over een Emily Doe die bewusteloos op de grond ligt achter een vuilcontainer. Brock Turner, een 19-jarige student, zit bovenop haar op het moment dat twee Zweedse studenten langsfietsen. Ze tackelen Turner, als die zich uit de voeten maakt en houden hem vast, tot de politie arriveert.
Je bedacht je dat jij die Emily Doe was, waarover geschreven werd.
'Ja… en ik had niemand om me heen op dat moment die me kon troosten. Die me kon vertellen dat dit gebeurd was, maar niet had mogen gebeuren. Het enige wat ik had waren de kale, brute feiten, zoals ze opgesomd werden in het nieuwsbericht. En onder het bericht de negatieve reacties, die vooral op mij gericht waren. Omdat ik een jurkje droeg en dronken was, zou ik de situatie zelf hebben uitgelokt. Verkrachting is geen straf voor dronkenschap. Je verdient een kater, niet dat iemand zijn lichaamsdelen in je steekt.'
'Ik koppelde de opmerkingen aan wat er was gebeurd, en beschouwde ze als waarheid, in plaats van dat ik besefte dat dit me aangedaan was. Ik zou willen dat er toen iemand geweest was, of op zijn minst een signaal dat ik er niet alleen voor stond. Nu was het: hier, deal er maar mee. Ik verloor die dag mijn complete fysieke privacy. Het voelde alsof iedereen mijn naakte lichaam kon zien, en ik het niet kon bedekken. Dat leidde ertoe dat ik mijn lichaam niet wilde bewonen. Het kostte me vijf jaar om langzaam terug te komen in mijn eigen lichaam. Ik leef liever in mijn hoofd dan van top tot teen.'
Je hield een tijdje geheim dat jij Emily Doe was. Waarom?
'In retroperspectief was dat de manier van ermee omgaan die ik toen nodig had. Want hoe combineer je de realiteit van wat er die avond gebeurd is, met het dagelijks leven? Het was veel makkelijker om over Emily Doe te praten. Ik denk dat iedereen die te maken krijgt met iets dat te groot is om te verwerken, het liever stilhoudt. Het was voor mij onmogelijk om dit als nieuwe realiteit te accepteren. Dat je oude leven weg is, je oude ik weg is. Dat de persoon die zo vrij dat feestje binnenliep en niet nog elke dag van angst doordrongen is, weg is. Ik kan die vrijheid, die manier van denken nooit meer terughalen. Wat als, denk ik nog steeds.'
Pas na anderhalf jaar begon het proces tegen Turner. Hoe was dat?
'Dan was het ook nog eens zo dat mijn zaak vrij snel voorkwam, vanwege de druk van de media. Toen de jury Brock unaniem schuldig bevond, voelde het alsof ik weer waarde had. Het was een moment van opluchting, maar ook verdriet. Eindelijk vertelden ze me iets dat ik veel eerder had moeten weten. Ik wist dat hij schuldig was, ik wist dat wat hij gedaan had fout was. Maar anderhalf jaar lang werd ik overtuigd dat ik het had verdiend, dat het wel meeviel allemaal, dat dit geen echte schade had aangericht. Ik begon dat te geloven. Om daar te zitten en te zien hoe ver ik was afgedreven van mijn gevoel was verdrietig. In een rechtszaal is geen ruimte voor gut feeling. Mensen willen precies weten wat er is gebeurd, ze willen een duidelijk verhaallijn. Als je je onderbuikgevoel niet met woorden kan onderbouwen, bestaat het niet. Maar je moet er wel mee leven.'
De verklaring die je voorlas in de rechtbank werd gepubliceerd op Buzzfeed en miljoenen keren gelezen.
'De verklaring heeft erg geholpen. Ik had letterlijk geen stem in de rechtszaal. Ik kon geen zin zeggen zonder onderbroken te worden. Het voelde alsof de verdediging me de hele tijd onder water wilde duwen. Het statement gaf me een gevoel van kracht. Ik kon laten zien dat ik, onder alle tranen, nog steeds wist wat er gebeurde. Ik ben intelligent. Ze hadden zich zorgen moeten maken, dat deden ze niet. De verklaring bracht dit op ze over.'
Hoe was het om het boek te schrijven en alle momenten te herleven?
'Nadat mijn verklaring viraal ging, ontving ik ontzettend veel brieven. Van andere slachtoffers, van mensen die achter me stonden. Toen ik met het boek bezig was, heb ik veel van die brieven herlezen. Vaak heb ik me afgevraagd waarom ik het schreef, omdat het zo'n pijnlijk proces was. Maar ik wilde de controle terug. Ik wilde de onleesbare transcripten uit de rechtbank omzetten in mijn eigen stem. De brieven hielpen me hierbij. Ik wist dat andere mensen wilden dat ik heelde. Ze zagen me niet als een stuk bewijs, ze zagen me voor wie ik ben. Ze zouden me nooit reduceren tot waar ik in de rechtszaal tot was gereduceerd. Met het boek wil ik andere slachtoffers helpen, zodat zij niet hoeven te vervallen in zelfhaat, zoals ik gedaan heb.'
Heb je tips voor vrouwen en mannen die iets soortgelijks hebben meegemaakt?
'Ik kan me nog herinneren dat ik wenste dat ik een externe verwonding had, zodat iedereen meteen zou begrijpen dat ik pijn had. Wat ik heb meegemaakt, is ook een verwonding, maar het is er een die we aangeleerd hebben te verstoppen. We zijn er goed in het verstoppen. Tegen anderen zou ik willen zeggen: wanneer er iets naar boven komt, respecteer het. Want het probeert te je iets te vertellen, iets wat je moet voelen. Wees niet bang om het te voelen.'