Nederland heeft tolerantie altijd hoog in het vaandel gehad. We hechten belang aan democratie, mensenrechten en de vrijheid van meningsuiting. Maar tolerantie staat op dit moment onder druk. Wantrouwen van immigranten, de opkomst van 'illiberale democraten' als Wilders en de roep tot het sluiten van de grenzen worden steeds meer gemeengoed.

Tolerantie is nauw verbonden met de Nederlandse geschiedenis, met wie wij zijn en waar we voor staan. Het hoort bij de Verlichting, die haar wortels in Nederland heeft. In Leiden ging Descartes op zoek naar onbetwijfelbare, zekere kennis en legde de basis voor het rationalisme: het idee dat de mens middels zijn rede een oplossing kan vinden voor alle wetenschappelijke en filosofische, maar ook sociale, economische en politieke problemen. En in Voorburg werkte Spinoza de stellingen van Descartes uit tot wiskundige bewijzen.

In het werk van beide Nederlandse Verlichtingsfilosofen lezen we voor het eerst het geloof dat de menselijke ratio een nieuwe en betere – verlichte – wereld kan scheppen. In die wereld is ieder mens gelijk op basis van zijn of haar ratio, en heb je het recht om in vrijheid je mening voor te leggen - mits rationeel onderbouwd. In de geest van de Nederlandse Verlichting werd Nederland in de 17e eeuw een tolerante thuishaven voor andersdenkenden, met een liberaal politiek klimaat en de nadruk op de vrijheid en gelijkheid van alle burgers. Deze bloeiperiode kennen we als de Gouden Eeuw. Hoe komt het dan dat deze waarden nu onder druk staan?

Immigratie, technologische veranderingen en globalisering hebben de (leef)wereld van veel Nederlanders snel veranderd. In tijden van te snelle verandering schakelt een eenvoudig, evolutionair afweermechanisme in, dat het vreemde wil buitensluiten. Oftewel: intolerantie tegen dat wat niet bekend is. Maar dit is daarmee ook de omkering van het geloof van Descartes en Spinoza: waar de Nederlandse Verlichtingsfilosofen nog hoopten door middel van tolerantie een betere wereld te kunnen scheppen, geloven steeds meer Nederlanders dat een al te tolerante houding niet bijdraagt aan een betere wereld. Integendeel.

Als we tolerantie niet kwijt willen raken, dan moeten we op zoek naar een overtuigend verhaal waarin tolerantie een positieve inhoud heeft. Belangrijke eerste vragen die een dergelijk verhaal moeten beantwoorden zijn: Waarom is immigratie belangrijk, en niet alleen een bedreiging? Waarom is globalisering voor Nederland belangrijk? Waarom is een open discussie tussen verschillende meningen belangrijk, en waarom moet je tolerant zijn voor andersdenkenden? In onze geschiedenis en filosofische tradities vinden we hier voldoende inspirerende bronnen voor, en verschaft de Gouden Eeuw ons ook voorbeelden van de waarde van een tolerante samenleving is. De Nederlandse tolerantie speelt bijvoorbeeld door in onze coöperatieve vorm van kapitalisme: het poldermodel, waarin iedere belanghebbende partij mag meedenken en meepraten.

Lukt het niet om deze antwoorden te articuleren, dan zal een toenemende intolerantie uiteindelijk de kracht van onze samenleving en economie ondermijnen.

Illiberale democraten zijn politici die democratisch aan de macht zijn gekomen – zij zijn gekozen door het volk - maar vervolgens beleid maken dat tegen de principes van de liberale democratie ingaat. Bijvoorbeeld door de persvrijheid of vrijheid van meningsuiting aan banden te leggen. Foreign Affairs schreef The Rise of Illiberal Democracy.

Toen nog de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.