De Europese Commissie ziet in de huidige internationaal-politieke context de noodzaak, en vooral de langverwachte mogelijkheid, om de integratie van de Europese krijgsmachten te bevorderen en de Europese defensie-industrie te ondersteunen. Ze benadrukt daarbij dat het voorstel voor het Europees defensiefonds geenszins de opstap betekent naar een Europees leger. Deze uitspraak wekt automatisch argwaan, omdat het geen andere bedoeling lijkt te hebben dan het geruststellen van de vele EU-lidstaten die traditioneel tegen dit idee zijn. Niettemin is nu een belangrijke stap gezet.

Volgens de Commissie zal door de gezamenlijke aankopen van Europees defensiematerieel de 'interoperabiliteit' van de Europese legers in de toekomst worden vergroot. Dit komt er op neer dat iedere lidstaat voortaan dezelfde 'Made in Europe'-wapensystemen zal moeten gaan gebruiken. Zo kunnen diplomatieke rellen, zoals het recente voorval tussen Frankrijk en Polen, voorkomen worden.

Het is dan ook geen wonder dat Frankrijk en Duitsland, de twee landen met de belangrijkste defensie-industrie van Europa, de grootste voorstanders zijn van dit project. De vraag is echter of je de ontegenzeggelijk noodzakelijke defensiesamenwerking in Europa wel kunstmatig van bovenaf moet construeren. Nederland is vanuit pragmatische overwegingen nauwe, efficiënte en goedlopende samenwerkingsverbanden aangegaan met de krijgsmachten van voornamelijk Duitsland en België. Nederlandse militairen zijn bijvoorbeeld geïntegreerd in een Duitse tankeenheid, en de Duitsers mogen op hun beurt ons transportschip gebruiken voor het vervoeren van deze tanks.

Zijn dergelijke bottom-up initiatieven niet een veel begaanbaardere weg voor een effectievere defensiesamenwerking in Europa?

In oktober ontstond een diplomatieke rel nadat de Poolse regering een bestelling gevechtshelikopters -ter waarde van drie miljard euro- bij het Frans-Europese Airbus had geannuleerd. In plaats daarvan koos Polen op het laatste moment toch voor een contract met het Amerikaanse Lockheed-Martin. Frankrijk reageerde beledigd en het geplande staatsbezoek van president Hollande aan Polen werd direct afgelast. ​