'Kies bewust', 'koop biologisch', 'wees milieuvriendelijk': consumeren wordt steeds vaker gezien als een morele daad. Met de portemonnee in de hand koopt de klant (tenminste, als hij de juiste keuze maakt) zijn schuldgevoel af en kiest hij voor een betere wereld. 'Red de wereld, koop mij!', schreeuwen producten in de schappen van de supermarkt. Maar wat levert dit eigenlijk op?

Het antwoord is, ben ik bang, niet bepaald zaligmakend. Uit onderzoek in 2012, waarin rond de duizend 'groene' consumenten (die graag de juiste keuzes willen maken) werden vergeleken met 'reguliere' consumenten, blijkt dat er geen significant verschil is in ecologische voetafdruk. Volgens het onderzoek heeft dit te maken met de 'gedrag-impact kloof'. Dat wil zeggen: (kleine) duurzame aanpassingen in het consumptiegedrag, leiden in veel gevallen niet tot een werkelijke afname van onze ecologische voetafdruk.

Tekst loopt door onder de afbeelding.

Consument in een supermarkt (foto: Chan).

Huh? Hoe kan dit? Hier zijn een aantal redenen voor. Ik noem er een paar. Ten eerste is er het zogenaamde 'rebound effect' (terugslageffect): wat aan de ene kant wordt bespaard op CO2-uitstoot, wordt vaak aan de andere kant weer uitgestoten. Voorbeeld: iemand schaft een warmwaterboiler op zonne-energie aan en bespaart daarmee een hoop geld, wat hij vervolgens weer in verre reizen steekt. Het resultaat is dat het effect van de ecologische investering volledig of gedeeltelijk wordt geneutraliseerd, en soms zelfs negatief uitpakt. Ander voorbeeld: iemand koopt een hybride auto, die minder vervuilend is, maar dit leidt (onbedoeld) veelal tot meer rijden omdat de bestuurder het gevoel heeft in een minder vervuilende auto te rijden.

Een tweede reden is dat 'groene keuzes', zoals bijvoorbeeld het kopen van biologisch voedsel, onbedoeld kunnen leiden tot het in gang zetten van contextuele factoren waar de consument weinig invloed op heeft. Denk aan geïmporteerd biologisch of exotisch voedsel dat als alternatief voor lokaal niet-biologisch voedsel in de schappen terechtkomt, maar per saldo juist vervuilender is. Of als er een sterke stijging is van de vraag naar duurzame producten waar in het land zelf niet genoeg van afwezig is en dus uit alle hoeken van de wereld moet worden geïmporteerd.

Dan hebben we nog 'greenwashing'. Veel producten promoten zichzelf tegenwoordig als 'puur natuur', 'biologisch' en 'duurzaam', maar kunnen dit maar al te vaak niet waar maken. Uit Canadees onderzoek naar greenwashing uit 2010 blijkt dat maar liefst 95% van alle onderzochte producten die claimen dat ze duurzaam zijn dat in wekelijkheid niet zijn (of slechts ten dele). En als je in een Nederlands restaurant 'duurzame vis' wil eten kom je ook maar al te vaak bedrogen uit: onderzoek van de Good Fish Foundation (GFF) toont aan dat 4 uit 5 restaurants in Nederland sterk overbeviste of mogelijk zelfs illegaal gevangen vissen serveren. Wat je koopt is dus maar al te vaak niet echt groen en eerder grijs.

De Sloveense filosoof Slavoj Žižek spreekt in dit verband over de 'Starbucks logica': je koopt niet alleen een product (in dit geval een kop koffie), nee, je koopt tegelijktijdig ook een betere wereld doordat de duurzaamheid en solidariteit is inbegrepen in de prijs. Consumentisme en altruïsme worden zo ineen geschoven. Kan dit werken? De realiteit is helaas weerbarstiger. Om Starbucks als voorbeeld te nemen: het grootste koffieconcern ter wereld verbruikt 8.000 niet-recyclebare cups per minuut, wat neerkomt op circa 4 miljard cups per jaar die op de stortplaats belanden. Tien jaar geleden beloofde het bedrijf om tegen 2015 volledig recyclebare cups op de markt te brengen. Tot op heden is dat nog niet gelukt. Onder druk van milieubewegingen heeft Starbucks in maart van dit jaar wel aangegeven 10 miljoen te stoppen in het oplossen van dit probleem. Wat deze woorden waard zijn moet nog blijken.

Tekst loopt door onder de afbeelding.

Foto: Charles Etoroma.

Dat brengt ons bij de laatste reden, de meest fundamentele. Het blijkt namelijk dat de bredere impact van ons individuele consumptiegedrag niet opweegt tegen de bron waar het allemaal vandaan komt: de achterliggende industrieën en (staats)bedrijven. Vorig jaar onthulde het wetenschappelijke tijdschrift Climate Change dat twee derde van de mondiale CO2-uitstoot afkomstig is van 90 bedrijven. Ondanks het feit dat veel van deze grote CO2-spelers al lang op de hoogte waren van de impact van CO2 op klimaatopwarming, hebben ze, zo laat het onderzoek zien, sinds 1980 weinig tot niet geïnvesteerd in hernieuwbare energie en duurzame technieken. Terwijl schuldgevoelige consumenten elke dag kleine, ethische aankoopbeslissingen nemen, blijven structurele maatregelen tegen de onhoudbare bedrijfsmodellen van de grote bedrijven grotendeels afwezig of buiten beeld. Dweilen met de kraan open dus.

Dat is natuurlijk niet wat we willen horen. Toch kunnen we er niet omheen: we kunnen ons niet uit de penarie consumeren. Daarvoor is er echt meer nodig. We zitten gevangen in een niet-duurzaam systeem, en als we dat systeem niet weten te veranderen, blijven we voor altijd gevangen.

In haar veelbesproken artikel Conscious consumerism is a lie. Here's a better way to help save the world vat journalist Alden Wicker de werkelijke uitdaging mooi samen:

'When it comes to combating climate change, pollution, and habitat destruction, what we need to do is take the money, time, and effort we spend making these ultimately inconsequential choices and put it toward something that really matters.'

Maar wat zou dat kunnen zijn? Waar moet je als individu, als burger, als consument, je wereldverbeterende energie dan in stoppen? Naast gewoon te consuminderen (minder autorijden, minder vliegen etc.) of bepaalde vormen van consumptie, zoals vlees eten, links te laten liggen, zegt Wicker dat we tegelijkertijd ook voorbij onze individuele consumentenhorizon moeten leren kijken. We moeten (weer) als politieke wezens leren denken en handelen, als systeemveranderaars; de geschiedenis van de 20e eeuw laat immers zien dat sociaal-politieke bewegingen veel voor elkaar kunnen krijgen.

Dat we dat niet meer gewend zijn mag duidelijk zijn. Sinds de jaren negentig, met de val van de Berlijnse muur, is de groene zaak volgens sociaalwetenschapper Shivant Jhagroe sterk gedepolitiseerd. Ecologische politiek is gereduceerd tot 'winstgevend activisme (als lifestyle) en Do-It-Yourself.' In plaats van een 'mainstream duurzaamheid' pleit hij voor een radicale duurzaamheid die oog heeft voor de structurele sociale, economische en ecologische ongelijkheid die schuil gaat achter het duurzaamheidsvraagstuk. Duurzaamheid mag en kan niet alleen iets voor de happy few zijn om het eigen straatje mee schoon te vegen.

'First change your politicians, then your lightbulb', schreef de bekende Amerikaanse schrijver en milieuactivist Bill McKibben ooit. Ik zou daar aan willen toevoegen dat het niet alleen gaat om politici, maar belangrijker nog: de perverse prikkels en dynamieken die schuilgaan achter vervuilende industrieën. Gelukkig gebeurt dit steeds vaker. Er is een groeiend aantal mensen (noem ze burger-consumenten) die de kracht van de collectieve organisatie ontdekken om op systeemniveau verandering af te dwingen. Als burger-consument kun je je hier vrij gemakkelijk bij aansluiten. Ik noem er een paar op:

  • Sluit je aan bij de groene activistische aandeelhoudersclub 'Follow This', die van binnenuit Shell probeert te vergroenen. Voor 31 euro ben je ook (indirect) aandeelhouder van Shell. Dat is zo gedaan.
  • Word tegelijkertijd mede-aanklager in de klimaatzaak tegen Shell. Milieudefensie spant een rechtszaak aan tegen de oliegigant, waar je al vanaf het symbolische bedrag van één euro je steun kan betuigen.

    Tekst loopt door onder de video.
    Waarom Milieudefensie een rechtszaak start tegen Shell.

  • Doneer aan Urgenda, de Nederlandse organisatie die op 24 juni 2015, samen met 900 mede-eisers, de Klimaatzaak tegen de Nederlandse staat won (een wereldwijde doorbraak). De rechter droeg de staat op om meer te doen aan de uitstoot van broeikasgassen. Deze maand ging de staat in hoger beroep. Ze kunnen dus alle steun gebruiken.
  • Roep via fossielvrij.nl je bank, verzekeraar of pensioenfonds op om alleen nog maar in duurzame energie te investeren.
  • Koop en vernietig met behulp van het non-profit platform Carbon+Alt+Delete CO2-uitstootpapieren. Het idee is: hoe meer mensen samen rechten opkopen, hoe minder vervuiling door de industrie. Bedrijven zijn afhankelijk van deze uitstootrechten.
  • Doe mee met 350.org, een internationale milieuorganisatie die actie voert tegen de fossiele industrie, meewerkt aan de opbouw van een low-carbon economie en overheden onder druk zet om de uitstoot van CO2 te beperken.

Ten slotte. Als je je ooit nog eens afvraagt wat jij, als individu, kan doen om klimaatopwarming tegen te gaan, knoop dan dit antwoord tussen je oren: niet veel. Het enige wat je werkelijk kan doen is jezelf vermenigvuldigen door je aan te sluiten bij collectieven en je stem als (ongehoorzame) burger laten horen. Alleen dan zal structurele veranderingen op gang kunnen komen.