Eet geen vlees, vlieg niet, rijd minder met de auto, scheid je afval, consumeer geen palmolie of soja, douche niet te lang, plant jezelf niet (te veel) voort, ga van het gas af, zet zonnepanelen op je dak - het lijstje duurzaamheidsgeboden neemt almaar toe. Ons leven speelt zich steeds vaker af in het spanningsveld tussen zelfbeperking en zelfverrijking, tussen depressieve spaarzaamheid en manische verspilling. Steeds meer mensen lopen met een schuldgevoel rond. En in extreme gevallen zelfs met 'ecorexia': een bijna religieuze obsessie met duurzaamheid.

De paradox is hier: hoe duurzamer je probeert te zijn, hoe meer je ontdekt hoe veel van je consumptiegedrag schade berokkent aan het milieu, en hoe schuldiger je je gaat voelen. Deze individuele schuldethiek is symptomatisch voor een wereld waarin 'een beter milieu begint bij jezelf' nog steeds het leidende adagium is. Dit terwijl klimaatverandering uiteindelijk toch echt een systemisch (dus: collectief) probleem is, en vraagt om pijnlijke politiek-economische keuzes.

Als je het idee van individuele schuldethiek tot zijn uiterste doordenkt kom je volgens de Duitse filosoof Peter Sloterdijk uit bij een soort 'ecologisch calvinisme': een ascetische levensstijl waarin puritanisme en matiging centraal komen te staan. 'Gij zult sober leven, u doet de aarde pijn' of 'Kijk naar u zelve: wat heeft u vandaag gedaan om uw ecologische schuld aan Moeder Aarde terug te betalen?' zullen dan spreuken zijn die dagelijks in het hoofd rondzoemen.

Nu is het natuurlijk nog lang niet zo ver. Hedonistisch consumentisme (met een 'groen' randje) voert in onze Westerse samenlevingen nog steeds de boventoon, en miljarden mensen op het zuidelijk halfrond staan klaar om toe te treden tot deze levensstijl. Naar verwachting is het aantal vliegtuigpassagiers wereldwijd in 2035 verdubbeld, neemt vleesconsumptie de komende decennia nog flink toe en hebben we in 2050 meer plastic dan vissen in de oceaan. Met andere woorden: een globaal matigingsoffensief zal nog wel even op zich laten wachten.

Tekst loopt door onder de afbeelding.

Foto: Priscilla du Preez.

Maar goed, een reformatie gaat natuurlijk niet over één nacht ijs. Luther en Calvijn namen ook hun tijd om de Rooms-Katholieke kerk van binnenuit te hervormen. Met het oog op de onhoudbaarheid van onze globale levensstijl rijst de vraag echter in hoeverre een dergelijke toekomstige wending naar eco-calvinisme op vrijwillige basis zal plaatsvinden. Het is voor Sloterdijk dan ook geen ondenkbaar scenario dat de ecologische problemen zich in de toekomst zo opstapelen, dat er autoritaire regimes in rijke landen opstaan die 'bij het gebrek aan global governance - vooralsnog de enige handelingsbekwame macrosystemen – zich vroeger of later gedwongen zullen zien elk op hun eigen territorium een soort ecologisch oorlogsrecht te proclameren waarmee wordt afgedwongen wat niet op vrijwillige basis te bereiken valt'.

In zo'n situatie is het ineens vrij gemakkelijk voor te stellen dat het liberaal-democratisch kapitalisme sluipenderwijs zal worden vervangen voor een veel autoritairdere vorm van (staats)kapitalisme, zoals nu al in meer of mindere mate zichtbaar is in landen als China, Rusland en Turkije. De bewegingsvrijheid van de gewone CO2-arme burger zal dan hoogstwaarschijnlijk drastisch worden ingeperkt ten faveure van de glorie van het land (én natuurlijk het grootkapitaal). Denk aan maatregelen als door de staat gecontroleerde rantsoenering van water en voedsel, eenkindpolitiek en een klein emissietegoed per burger. Wie arm is zal zich dan al snel genoodzaakt voelen om zijn CO2-budget aan de beter gefortuneerden te verkopen, die dit tegoed nodig hebben om hun emissie-intensieve levensstijl te kunnen voortzetten.

Klinkt allemaal een beetje té dystopisch? Wellicht, maar laten we niet naïef zijn. Als we, als samenleving, niet in staat zijn om klimaatverandering als collectief en structureel te probleem aan te pakken, worden dit soort wegen in de toekomst vanzelf aantrekkelijker.