Het is 20 augustus, 2018. Op zo'n 1100 km ten noorden van Amsterdam, in Stockholm, gaat een 15-jarig meisje genaamd Greta Thunberg op de treden zitten voor het Zweedse parlement. Op haar rug hangt een roze rugzak met schoolspullen erin, in haar hand heeft ze een bord met daarop met zwarte verf de tekst geklad 'schoolstaking voor het klimaat'. Haar plan is simpel: tot aan de verkiezingen, van 9 september, blijft ze daar zitten om aandacht te vragen voor de klimaatcrisis. Op Twitter kun je haar vanaf dan vinden via #Climatestrike.

Het blijft niet onopgemerkt. Met de extreme droogte, hittegolven en hevige bosbranden van afgelopen zomer nog vers in het geheugen vangt Greta's noodkreet de Zweedse collectieve verbeelding. Al snel ontstaat er veel media-aandacht, en voor dat ze het weet is Greta een naam voor aan de Zweedse keukentafel; klimaatopwarming is (letterlijk) een hot topic geworden.

Mensen zoeken haar op, komen naast haar zitten en brengen haar eten. Haar onderwijzers en ouders zien liever dat ze weer naar school gaat, maar ze blijft standvastig; het is haar recht om te protesteren. En nog belangrijker: waarom zou je op school iets willen leren als politici de feiten niet serieus nemen?

Inmiddels is Greta al lang niet meer het enige kind dat opkomt voor haar toekomst. Begin november maakte de Amerikaanse Supreme Court bekend dat de klimaatzaak die 21 jonge Amerikanen tussen de 11 en 22 jaar oud hebben aangespannen tegen de staat mag doorgaan. Ze beroepen zich op de schending van hun (en dat van toekomstige generaties) grondwettelijke recht op een schoner milieu. Vorige week bezette de zogenaamde Sunrise Movement, een groep jonge mensen die zich inzet voor meer klimaatactie, het kantoor van de democratische partijleider Nancy Pelosi om een Green New Deal te eisen. Tot grote verrassing van iedereen kwam de net verkozen én jongste vrouwelijke congreslid ooit, de 29-jarige Democraat Alexandria Ocasio-Cortez, hen bijstaan. Ook dat genereerde veel aandacht.

Tekst loopt door onder de afbeelding.

Activisten van de Sunrise Movement (foto: EPA/Shawn Thew).

Dat is niet alles. Eind september publiceerden Franse studenten een manifest genaamd Wake up call on the environment waarin ze hun leeftijdsgenoten opriepen de belofte doen in hun professionele carrière niet te werken voor bedrijven die zwaar vervuilen. Inmiddels hebben om en nabij de 23.000 studenten aan meer dan 300 Franse hoger onderwijsinstellingen dit manifest ondertekend en is er ondertussen veel zenuwachtig geroezemoes ontstaan in het Franse bedrijfsleven.

Helemaal aan de andere kant van de globe, in Australië, zijn ze inmiddels ook geïnspireerd geraakt door de spijbel-actie van Thunberg. Over het hele land zijn honderden scholieren eind deze maand van plan te gaan staken voor meer klimaatactie. En ook in Nederland zijn er inmiddels een aantal eerste #Schoolstrikes geweest. Zoals bijvoorbeeld door Lily (11) en Celeste (10), die recent voor het gemeentehuis van Zeist zijn gaan staan. Daarbinnen, waar volgend jaar maart de Provinciale Statenverkiezingen zullen gaan plaatsvinden, staat de 16-jarige Jens op de verkiezingslijst. Zijn doel: jongeren naar de stembus te krijgen om hun toekomst te verdedigen.

Soms, als er in de wereld nog maar weinig logica lijkt te bestaan, is burgerlijke ongehoorzaamheid de enige uitweg. De geschiedenis zit vol met dit soort betekenisvolle acties. Denk aan August Landmesser, die op 13 juni 1936 in Hamburg, te midden van een fanatieke massa mannen die de Hitler-groet brachten, als enige de handen over elkaar hield. Of de beroemde verzetsdaad van Rosa Parks in 1959, waarbij ze weigerde haar zitplaats in het voor zwarten gereserveerde deel achterin af te staan aan witte passagiers. Moedige individuen staan zo nu en dan op om daarmee de collectieve impasse te doorbreken en als katalysator te fungeren voor grootschalige sociale verandering.

Tekst loopt door onder de afbeelding.

August Landmesser weigert de Hitler-groet te brengen. Hamburg, 1936.

En nu? Nu zijn het dus de kinderen die opstaan. Terwijl wij volwassenen grotendeels vervallen in apathie, lui cynisme en kortetermijn-fetisjisme, zien deze kinderen het héél helder: we moeten nú in actie komen. Geen gezever over afval scheiden, een beetje minder vlees of vliegen, nee, deze kinderen snappen heel goed dat de tijd rijp is om over onze individuele consumentschaduw heen te springen en grote maatschappelijke verandering af te dwingen. En dat vraagt misschien wel om wat meer geluid.

Nu beken ik meteen: ik ben niet bepaald activistisch van aard (als je dat al kan zijn). Dat zijn de meesten van ons niet. Liever blijf ook ik lekker in mijn comfortabele coconnetje leven (zo lang het kan). Maar nogmaals: deze kinderen zijn eveneens geen geboren protesteerders of stakers. Ze doen simpelweg wat een persoon met gezond verstand in een dergelijke situatie het beste kan doen, namelijk: zijn stem als burger laten horen, politieke druk uit oefenen, verandering forceren. Kortom: een beetje van jezelf op het spel zetten.

Afschaffing van de slavernij, verbetering van burgerrechten, kiesrecht, gelijke rechten voor vrouwen, sociale zekerheid, de achturige werkdag, het recht om collectief te onderhandelen: het zijn allemaal moderne sociale verworvenheden die niet zomaar uit de lucht zijn komen vallen. Daar ging een lange strijd aan vooraf. Hetzelfde zal het geval zijn met onze maatschappelijke strijd voor wat je het beste het 'recht op een schone aarde' zou kunnen noemen. Aan de slag dus.

Laat ik dit stuk afsluiten met de wijze woorden van Greta Thunberg:

'Iedereen gelooft dat we deze crisis kunnen oplossen zonder er moeite in te steken. Zonder opofferingen. We moeten positief denken, zeggen ze dan. Maar de meesten denken niet voorbij het jaar 2050, als er gedacht wordt aan de toekomst.'