Op dit moment is er een strijd gaande tussen twee verschillende ideeën over wat het betekent een mens te zijn. Die strijd is niet denkbeeldig: ideeën veranderen de wereld, zij veranderen ons.

Enige tijd geleden keek ik met een zaal vol mensen naar de film Her. Dat is een film over een man die verliefd wordt op een pratende computer genaamd een OS, een Operating System. In de discussie na de film verdeelde het publiek zich in twee kampen, mijns inziens te onderscheiden op basis van het onderliggende mensbeeld dat zij eropna hielden.

Aan de ene kant de mensen die het geen probleem vinden als we in de toekomst in een wereld leven waarin de techniek zover is ontwikkeld dat we een robot of real doll kunnen kopen die niet van een mens te onderscheiden is. Die precies doet wat we zeggen. Met andere woorden, een ideale geliefde, of vriend, of verpleger. Zij zien mensen als autonome, onafhankelijke individuen. Dat is althans het streven. Technische hulpmiddelen kunnen worden ingezet om dit streven te realiseren en onze behoeftebevrediging zoveel mogelijk in eigen hand te houden. Ik noem hen de Solo's. Behalve op techniek zijn Solo's vaak ook verzot op romantiek.

Aan de andere kant zij die dit een angstaanjagend schrikbeeld vinden, een wereld waarin geen verschil meer wordt gemaakt tussen een robot en een mens, en die het gevoel hebben dat er dan iets onherstelbaar verloren gaat. De mensen in deze groep geloven dat wij in de eerste plaats sociale wezens zijn die van elkaar afhankelijk zijn, die elkaar nodig hebben om te kunnen overleven en leven. Zij, de Socialen, beantwoorden de vraag 'Kun je verliefd worden op een AI (Artificial Intelligence) of OS?' met een emotioneel: 'Nee, dat kan niet!' Zij zien dat het nastreven van het onmogelijke veel schade kan aanrichten.

En ik ben het met hen eens. Omdat de liefde zo niet werkt. Omdat mensen zo niet werken. Zo zitten we niet in elkaar. Wij zijn geen solitaire, onafhankelijke individuen. Wij zijn sociale wezens, niet in de zin dat we het wel gezellig vinden om met elkaar rond te hangen, maar wezenlijker: zonder anderen weten we niet eens wie we zijn. Geen ik zonder een ander.

Vraag jezelf maar eens af wie je bent. Ik kan zeggen: ik ben een zoon. Dat kan ik alleen zeggen en ervaren omdat er anderen zijn die mij als zodanig erkennen. Ik kan zeggen dat ik een geweldige minnaar ben, maar als ik de enige op aarde ben die er zo over denkt... Voor ons diepste besef van wie we zijn, zijn we afhankelijk van anderen. Onze identiteit is een sociale constructie. We kunnen het niet alleen. Daarom moeten we onszelf de vraag stellen: 'Who are we without the ones we love?'

Als je naar de filmposter kijkt zie je alleen hem, terwijl de film Her heet. Zij is er niet. En hij is niet gelukkig. Hij heeft een gebroken hart, hij is verlaten, gekwetst, en ik denk dat het geen toeval is dat hij in die toestand ontvankelijk is voor een computerprogramma dat hem de illusie geeft dat hij contact heeft met een ander mens. (En is het toeval dat de OS Samantha heet? Samantha Operating System: SOS.)

Tekst loopt door onder de video.

Waar het om gaat, en ik vind het bijna ongelooflijk hoe gemakkelijk we het vergeten, is dat je een mens niet kunt vervangen. Je kunt een mens niet vervangen. Iedereen die ooit een dierbare heeft verloren weet dit.

Waarom vinden we de belofte van een leven waarin we niemand nodig hebben zo aantrekkelijk? Waarom wordt ons geleerd dat we vooral onafhankelijk moeten zijn en dat het een goede zaak is als we het alleen redden? Is het de illusie van onkwetsbaarheid? Als we niemand nodig hebben, kan niemand ons pijn doen. Als we alleen zijn, kan niemand ons verlaten.

In dit verband is het veelzeggend dat onze ideeën over de liefde vaak erg romantisch zijn. Volgens mij zijn romantiek en liefde twee verschillende dingen. Voor een liefdesrelatie heb je minstens twee mensen nodig. Voor romantiek slechts één: ik. Ik en mijn fantasie – o ja, en een aantrekkelijke figurante (of reall doll) die perfect in mijn plaatje past. Liefde is samenzijn. Romantiek is eenzaamheid.

Je zou kunnen denken dat deze romantische visie op liefde een uitvinding van Hollywood is, maar zij is al veel ouder (in feite pleegt Hollywood aan de lopende band plagiaat). Al zo'n tweeënhalf duizend jaar geleden vertelt de dichter Aristophanes het verhaal van de bolletjesmens, een zelfgenoegzaam wezen dat door de goden in tweeën wordt gehakt en sindsdien vervuld is van het verlangen naar eenwording. Precies dat is de romantische definitie van de liefde geworden: het verlangen naar eenwording, naar samensmelten met je ware wederhelft.

Deze romantische eenheidsmythe beïnvloedt ons nog steeds en geeft vorm en richting aan ons verlangen, of we het nu doorhebben of niet. Oké, een beetje Hollywood dan: Wat zegt Tom Cruise aan het einde van de film Jerry Maguire tegen de vrouw van wie hij houdt? Antwoord: "You complete me." Tom doet daar een Aristophanesje.

Het is een mooi verhaal, dat van Aristophanes, en volgens mij kunnen we er zeker iets van leren, namelijk dat wij incomplete wezens zijn die het ontbreekt aan iets wat we onmogelijk in onszelf kunnen vinden, hoeveel persoonlijke inspanning, zelfhulpboekjes of technische trucs we er ook tegenaan gooien. Maar de remedie, eenwording, is een romantisch misverstand, een antisociaal misverstand.

Romantiek heeft iets gewelddadigs, dat heftige verlangen om een te worden met een ander. Liefde, in het echte leven, is meer dan ik en mijn verlangen. Liefde is meer dan mijn gevoel. Liefde is een relatie. Voor liefde is altijd meer dan één nodig.

Klinkt logisch, dat er voor een liefdesrelatie minstens twee mensen nodig zijn. Maar waarom vergeten of ontkennen we dit dan steeds weer? Volgens mij niet omdat we per se kwaadwillend of van nature egoïstisch zijn. Maar we zijn kinderen van onze tijd, en onze tijd is romantisch en dus zijn wij dat ook.

En, niet onbelangrijk, wij zijn consumenten. We hebben geleerd om naar de wereld te kijken alsof het een winkel of catalogus is, altijd op zoek naar de beste koop. En natuurlijk: altijd het bonnetje bewaren! Als de auto of telefoon of geliefde tegenvalt, kunnen we die inruilen voor een beter exemplaar.

Zodra in onze denkbril die twee, romantiek en consumeren, samengaan, worden we romantische consumenten op de liefdesmarkt. En dat is vragen om relationele ongelukken. Dankzij dit romantische consumentisme kunnen heel wat echtscheidingsadvocaten een tweede huis in Frankrijk betalen. En niet alleen zij.

De tekst gaat verder onder de afbeelding.

Een ander mens is geen object of product. Hij of zij is ook niet de man of vrouw van mijn dromen, maar echt en levend. Nogmaals, liefde is een relatie. Liefde is weten dat je niet alleen bent.

Welk mensbeeld gaat er winnen? Dat van de Solo's of dat van de Socialen? Ik hoor mensen die op zoek zijn naar een relatie vaak zeggen: "Ik wil iemand die mij wil, niet iemand die mij nodig heeft." Misschien dat dit je bekend voorkomt. Maar zo werkt het niet. We staan niet in liefde, we vallen in liefde. Dus we zullen hoe dan ook voor elkaar moeten zorgen.

Als we onze afhankelijkheid blijven zien als een zwakte, als we blijven proberen alle liefde en geluk en veiligheid uitsluitend in onszelf te vinden, zullen we het vermogen tot liefhebben verliezen. En dat betekent onszelf verliezen. We hebben niet nog meer romantisch consumeren nodig. We hebben niet nog meer isolerende technologie nodig om daarmee eindelijk onze complete emotionele onafhankelijkheid te realiseren.

We hebben afhankelijkheidsverklaringen nodig. Liefde is een afhankelijkheidsverklaring. Ik heb lief, dus ik ben afhankelijk. Een mens zijn is een wandelende afhankelijkheidsverklaring zijn. Ik ben afhankelijk, dus ik heb lief.

Ik kies de kant van de afhankelijken. Als ik wakker lig in de donkere nacht houd ik me vast aan de gedachte dat er mensen zijn die mij vasthouden en dat er mensen zijn die ik moet vasthouden. Dat is het ware weefsel waarvan ik ben gemaakt, de ware deken waaronder ik rustig kan slapen. Al dat andere geloof ik niet.

Ik hoop dat niemand ons ooit zal redden van kwetsbaarheid, incompleetheid en liefde. Ik verklaar mezelf afhankelijk.

En jij?

meer weten?

Dit artikel verscheen eerder in het boek Brainwash (Nijgh & Van Ditmar, 2016). En op de blog van The School of Life.

Kunstmatige Intelligentie; machine, software of apparaat dat een vorm van intelligentie vertoont. Meer over het onderwerp in deze video van filosoof Nick Bostrom, die voorspelt dat het 'onze laatste uitvinding' zal zijn.