Het leven is een lange struggle, en wat is dan nog de moeite waard? Dat is de vraag, en ja, zo grimmig is deze serie. Iets over de helft van het verhaal — ik heb inmiddels vijf van de zeven afleveringen gezien — schemert door dat het strijden misschien wel het punt van alles is. Waarop je je onwillekeurig afvraagt: echt? (En dan ga je hunkeren naar Downton Abbey. Of het Songfestival. In ieder geval: licht en kleur. Please!)
In Mare of Easttown is iedereen detective. Object van onderzoek: jezelf. De misdaad die moet worden opgelost — vermiste en vermoorde tieners die wel of niet aan elkaar gelinkt zijn — vormt een perfecte metafoor voor het vinden van een diepere betekenis in het leven: speuren naar clues en de dader of daders inrekenen staan gelijk aan het ontdekken van wat je eigen bestaan nu echt betekent. Zeg gerust: zingeving.
Winslet vertolkt de rol van Mare Sheehan, een rechercheur in een voorstad van Philadelphia. Ze onderzoekt de moord op een tienermoeder die misschien iets te maken heeft met het verdwijnen van een andere jonge vrouw een paar jaar eerder. Ondertussen probeert ze haar eigen leven op de rails te houden. Ze is gescheiden. Haar ex woont met zijn nieuwe liefde in het huis vlak tegenover haar. Haar eigen huishouding is tamelijk bizar: ze woont met haar nét niet dementerende moeder, haar dochter van rond de achttien en haar kleinzoon van een jaar of zes. Er is meer: de vader van het kind — Mare's zoon — pleegde zelfmoord en de moeder is herstellende van een heroïneverslaving.