Corona zet de wereld op zijn kop, zozeer dat ik mij nauwelijks meer een leven zónder het virus kan voorstellen. Hoe snel is dit gegaan! Vreemd genoeg maakt dit de onzekerheid over de toekomst dragelijker: wat er ook komen gaat, ook daar zullen we aan wennen.


Toch is dit makkelijker gezegd dan gedaan. Met verbazing keek ik naar minister-president Rutte die op zijn nieuwste persconferentie zei: 'Ik zou geen plannen voor de meivakantie maken.' Ook kwam de vraag ter sprake of mensen nu wel of niet naar de vakantieparken moeten gaan.

De pandemie daagt ons uit na te denken over de vraag hoe we ons aanpassen aan een situatie waarin het leven misschien wel nooit weer hetzelfde zal zijn.

Vakantie? Volgen mensen het nieuws dan niet? Realiseren zij zich niet wat zich op dit moment in alle landen in de wereld afspeelt? Ik bedoel, wie nu aan 'vakantie' denkt, leeft werkelijk in een droom waarin het leven doorgaat alsof er niets of hooguit weinig is veranderd.

Het zijn extreme omstandigheden. En deze pandemie daagt ons uit na te denken over de vraag hoe we ons aanpassen aan een situatie waarin het leven misschien wel nooit weer hetzelfde zal zijn.

Ik lees twee boeken tegelijk. Het eerste boek is voor het daglicht. Dit boek stribbelt tegen, zoals een minnares die weigert toe te geven aan mijn avances. Het tweede boek, dat ik diep in de nacht lees met een nachtlampje, zegt meteen 'ja'.

Steeds meer heb ik dat tweede boek nodig. Dat stelt gerust, dat biedt soelaas in deze moeilijke tijd. Gisteravond volgde ik de persconferentie van de Amerikaanse overheid. De experts kwamen met cijfers. Ik probeerde het mij voor te stellen: tussen 100.000 en 240.000 doden. En hier bij ons dan? Hier doen we minder voorspellingen, misschien om onze angst voor een vergelijkbaar scenario te bezweren. Hoe dan ook, de vraag is hoe ik mij het leven in zo'n wereld, in zo'n toekomst, moet voorstellen. Is zo'n inbeelding überhaupt mogelijk?

Veel later, in bed, knipte ik mijn lampje aan, ik pakte het boek dat meteen 'ja' zegt. Lee Child. Worth Dying For (2010). Met als hoofdpersoon Jack Reacher, voormalig majoor van de militaire politie. Hij heeft geen verblijfplaats. Hij zwerft liftend de Verenigde Staten door. Zo belandt hij terloops in allerlei verhalen, middenin conflicten waarin grof geweld centraal staat.

Het mooie van Reacher is zijn aanpasbaarheid. In Worth Dying For draagt hij nog altijd de wonden van het vorige verhaal, 61 Hours, maar die weerhouden hem er niet van zich meteen te storten op de nieuwe confrontatie (in Nebraska neemt hij het op tegen een clan die de gemeenschap teistert).

Reacher is een stoïcijn. Voor hem is de wereld onvoorspelbaar. Aanpassen hieraan is zijn tweede natuur. Hij reageert op het hier en nu, slechts op dingen waarop hij echt invloed kan uitoefenen. Zo overleeft hij. En hier word ik heel blij van, zeker in deze tijden en al helemaal diep in de nacht met slechts een leeslampje als comfort.

Dan komt het daglicht. En ik weet dat het tweede boek wacht: The Road (2006) van Cormac McCarthy, een roman die ik in de laatste jaren vaak heb gelezen, in 2009 schitterend verfilmd door John Hillcoat. Het verhaal: een man en zijn zoon zwerven in Amerika na een grote ramp door een post-apocalyptisch landschap heen. Maar het is de moeder die The Road zo moeilijk maakt om te lezen, die veroorzaakt dat het boek tegenstribbelt. Zij compliceert namelijk het verhaal, omdat ze ons, confronterend, een spiegel voorhoudt: ze belichaamt de angst en uitzichtloosheid die zich onder extreme omstandigheden meester maken van de meeste mensen.

De moeder weigert om te proberen te overleven; ze gaat niet met de vader en zoon op reis om te ontkomen aan de gevolgen van de ramp. Uiteindelijk brengt ze zichzelf om te leven. Het punt is dit: ze kan zich van de toekomst geen voorstelling maken. Ze is verlamd door de onzekerheid. Het enige wat er nog voor haar bestaat zijn de herinneringen aan haar oude leven. Maar dat leven komt nooit meer terug. Bij de moeder vindt er een kortsluiting plaats, omdat ze zich, omgezet naar de coronacrisis, met geen mogelijkheid kan voorstellen dat er geen meivakantie komt.

Nee, het is Reacher die ons de weg wijst. Hij en onze sekswerkers. Die eveneens 'ja' verkopen. Nieuwsuur en De Groene Amsterdammer berichtten over prostituees die in het gehele land doorwerken, maar nu vanuit huis, zo blijkt uit advertenties die worden aangeboden op erotische websites als Speurders, Sexjobs en Kinky. Op de website van de NOS: 'De huur moet betaald worden en het brood moet op de plank', aldus escort Lyle Muns van non-profit-bordeel My Red Light.

Reacher en de sekswerkers volg ik graag: ze passen zich razendsnel aan bij de extreme omstandigheden. Juist de onzekerheid voedt hen. Dat de toekomst niet vast staat, is de constante. Wie dit omarmt, vindt rust, ook bij het harde licht van de dag.

The Road is te zien op Netflix.