In Ray Bradbury's klassieker Fahrenheit 451 valt de mens, verdoofd door media en digitalisering, ten prooi aan manipulatie op grote schaal en, uiteindelijk, aan fascisme. Een nieuwe filmversie, momenteel te zien bij HBO maakt het verhaal akelig actueel. En stelt de vraag: kunnen we het tij nog keren?

Bradbury, die zijn roman begin jaren vijftig schreef, opent vernietigend: 'Het was geweldig om te verbranden. Het was verrukkelijk om te zien hoe dingen werden verteerd, om te zien hoe dingen werden zwartgeblakerd en veránderd… Hij beende met lange passen door een regen van vuurvliegen, terwijl de boeken flappend als klapwiekende duiven de dood vonden op de veranda en het grasveld voor het huis.'

'Hij' is brandweerman Guy Montag, onze tragische held in het verhaal. Zijn taak: boeken verbranden. In de wereld waarin hij leeft — 'de nabije toekomst', zeg maar gerust: onze eigen wereld — is literatuur én niet gewenst onder de mensen én verboden bij wet.

Door de wildgroei aan elektronisch massavermaak heeft niemand nog behoefte aan lezen. Althans, dat denken de mensen. Ze zitten de hele dag op de 'Nine', een soort mix van live televisie en internet. Op de Nine zijn brandweermannen als Montag, in de nieuwe film gespeeld door Michael B. Jordan, en zijn bevelvoerder, kapitein Beatty (Michael Shannon), supersterren die je rechtstreeks kunt volgen, zoals op Facebook, terwijl je om de zoveel minuten reageert met een comment of een emoticon.

Tekst loopt door onder de video.

Boeken zijn er nog wel — die worden in het diepste geheim geconserveerd door 'Eels', oftewel 'lezende terroristen'; opstandelingen die tegen het regime ageren door echte boeken niet alleen te bewaren, maar ook door die woord voor woord uit het hoofd te leren. Je kunt zeggen: mens wórdt boek.

Door boeken te verbranden ontnemen de autoriteiten mensen de mogelijkheid tot vrij denken en leven. Maar het eigenaardige is: de mensen in de nieuwe filmversie lijken dat niet erg te vinden. Ze zijn dól op de Nine (het internet); ze leven online, hunkerend naar de volgende, spectaculaire statusupdate van 'sterren' als Montag en Beatty.

Literatuur, dat is 'graffiti'. Wat er van een 'tekst' over is, wordt geleverd door 'bots' die 'geautomatiseerd schijven'. De enige vorm van lezen is het 'vluchtig kijken naar opschriften gegenereerd door algoritmen', zoals een personage in de film het stelt.

Het echte verleden bestaat niet meer. Een van de eerste boeken die we in de film in vlammen zien opgaan is Historiën van Herodotos, die behalve historicus ook Europa's eerste grote prozaschrijver was.

Dat is belangrijk, want 'geschiedenis' en 'proza' (fictie) gaan hand in hand in Fahrenheit 451. Wie zijn verleden wil kennen, leest in Bradbury's verhaal en in de film (ook in de jaren-zestigversie van François Truffaut) evenzeer fictie als geschiedenis. De ironie is dan natuurlijk dat men echt van onecht niet meer kan onderscheiden. Herodotos verzon immers van alles erbij in zijn Historiën.

In het licht hiervan is het dubbelspel van Beatty in de nieuwe Fahrenheit 451 akelig actueel: als blijkt dat Montag in contact is gekomen met de opstandelingen, dat hij stiekem boeken is gaan lezen, zegt Beatty tegen hem dat je daar niets mee opschiet. Door te lezen kom je alleen maar iets te weten over the fake past. Beatty: 'Boeken bevatten alleen maar leugens; ze stellen je teleur; ze vertellen je over mensen die niet echt bestaan.'

Tekst loopt door onder de afbeelding.

Een brandende kopie van Misdaad en Straf (foto: HBO).

Nog een reden waarom de brandweer boeken verbrandt: die zijn beledigend voor bepaalde groepen mensen. Ben je zwart? Dan ga je natuurlijk geen Huckleberry Finn lezen. En is de vlammenwerper je vriend. Ben je een vrouw? Maar natuurlijk is Hemingway slecht voor je. Op de brandstapel ermee.

Ondanks deze subtiele, vernietigende vorm van mind control kan Montag niet meer terug. Ontnuchterd — door het lezen realiseert hij zich dat zijn hele leven een leugen was — gaat hij op zoek naar de waarheid. Maar het loopt slecht af met hem. Een van de laatste boeken die hij in zijn handen heeft is Misdaad en straf van Fjodor Dostojevski.

Fahrenheit 451 van Ramin Bahrani, een Amerikaanse regisseur van Iraanse afkomst, is niet alleen een aanklacht tegen de tirannie van het Trump-tijdperk. Het is vooral ook een vingerwijzing richting óns, wij die ons zo gemakkelijk een rad voor ogen laten draaien door processen van digitalisering en de reikwijdte en gemak van sociale media.

Dat we hiermee iets essentieels kwijtraken, blijkt duidelijk uit Fahrenheit 451. Het idee van 'mens wordt boek' zegt alles: wat we waren, wat we zijn, wat we gaan worden - het staat allemaal in boeken geschreven door mensen.

Een wrange, maar betekenisvolle ironie kristalliseert zich uit: als we terug willen naar 'echt' en naar 'de waarheid', moeten we terug naar de verbeelding, naar de wereld van fictie en van geschiedenissen, allemaal opgeschreven in boeken. Uiteindelijk laat Fahrenheit 451 een ding zien: het is tijd voor de leesterrorist om op te staan.