Midden januari vond in Davos, Zwitserland, het World Economic Forum plaats. Het jaarlijkse wereldtoneel voor de politieke en economische elite. Gedurende een aantal dagen kwamen CEO's, staatshoofden, intellectuelen en journalisten van over de hele wereld samen om over de grote zaken der aarde te praten. Zo ook Jack Ma, de spraakmakende Chinese zakenman en oprichter van de Alibaba Group, het grootste internethandelsplatform van de wereld.

Tijdens een van de Meet the Leader Sessions sprak de flamboyante Chinees (een opvallende combinatie) over de grote uitdagingen van deze tijd. De toekomst van het onderwijs kon daarin uiteraard niet ontbreken. Hij zei daar het volgende over:

'The knowledge-based approach of 200 years ago would fail our kids, who would never be able to compete with machines. Children should be taught soft skills like independent thinking, values and team-work. We should stop teaching knowledge.'

Afgezien van de uitgeholde en bombastische retoriek van 'de-robots-gaan-alles-van-ons-over-nemen', bezorgde met name de laatste zin bij mij een huiveringwekkend gevoel. We moeten stoppen met het onderwijzen van kennis. Een bizarre uitspraak, als je het mij vraagt. Want, om maar meteen met de deur in huis te vallen, hoe denkt meneer Ma in godsnaam 'onafhankelijk denken' en 'waarden' te onderwijzen, zonder daarbij kennis over de geschiedenis van ons denken of moraliteit te betrekken? Met andere woorden: hoe wil Ma jonge mensen zelf leren na te denken als ze straks geen enkel idee hebben ten opzichte van wat ze onafhankelijk moeten leren denken? In een lege ruimte valt weinig te leren. Ik zie het al voor me:

'Beste studenten, vandaag gaan wij onafhankelijk leren denken.'

'Waar gaan we het over hebben?'

'Uh… nou, maakt niet uit. Het gaat om de skill.'

'Oké, dan willen we het graag hebben over de duur van onze pauze.'

Dit is natuurlijk waanzin. Onderwijs reduceren tot vaardigheden, skills en competenties, ik hoor het tegenwoordig helaas maar al te vaak. Ma's uitspraak staat dan ook niet op zich. Het is illustratief voor een hedendaagse manier van denken over onderwijs, die kennisoverdracht is gaan zien als stoffig en ouderwets, en kennis poogt te reduceren tot iets wat je gewoon via Google kunt verkrijgen. De populaire redenatie luidt dan ongeveer als volgt: kennis is nu overal vrij toegankelijk, dus wij, het onderwijs, kunnen ons vooral richten op het 'leren leren'. '21st century skills', noemt men dat dan.

Ik heb daar overigens niets op tegen, die 21e eeuwse vaardigheden. Kritisch en creatief denken, samenwerken, ICT-vaardigheden; allemaal relevant voor deze tijd. Maar, en daar komt een enorme maar, het is een fundamentele denkfout dat dit zonder specifieke kennis kan worden aangeleerd.

Tekst loopt door onder de foto.

Foto: Alex Kotliarskyi.

In een overzichtsstudie naar de onderwijstheorie over hoe kritisch te denken (met de veelzeggende titel: Critical Thinking: Why Is It So Hard to Teach?) komt cognitief psycholoog Daniel Willingham tot het volgende ontnuchterende kerninzicht: kritisch denken (net als wetenschappelijk denken) is geen vaardigheid, zoals bijvoorbeeld fietsen, maar innig verweven met de inhoud van het denken.

Stel, ik wil als docent (filosofie/sociologie in mijn geval) een levendige discussie tussen studenten stimuleren over democratie. Dan schiet het natuurlijk niet op als er om de twee minuten even moet worden 'gegoogled' om uit te zoeken wat dat ook alweer precies inhoudt en hoe het historisch tot stand is gekomen. Pas als studenten een gedeelde basiskennis hebben over democratie, en dit hebben geïnternaliseerd, kunnen ze met elkaar in gesprek gaan en verbanden leggen, analyseren en variëren. Om 'out of the box' te denken moet je nu eenmaal eerst weten wat er in de box zit.

Mensen gaan niet spontaan de onderliggende assumpties van hun denken bevragen, alle kanten van een probleem onder de loep nemen of hun kennis over de werkelijkheid ter discussie te stellen. Dat doen ze alleen als ze kennis daarover krijgen aangereikt. Pas als je bekend bent met de sociaal-maatschappelijke context van de Tweede Wereldoorlog, begrijp je het gewicht van de woorden in een brief van een Joodse onderduiker. Met andere woorden: je kunt geen 'generieke' en 'kennisvrije' skills aanleren, als deze niet zijn ingebed in domein specifieke, relevante kennis of context.

'Verlichten en verleiden', zei een oud-docent van mij ooit tegen me toen ik begon met lesgeven. Je moet studenten verleiden om mee te gaan met andere manieren van kijken, ze uitdagen om hun bestaande (veelal onbewuste) ideeën en aannames over de wereld te bevragen. Daarmee verlicht je ze (al is het maar tijdelijk) van hun onwetendheid, en wakker je, als je het goed doet, een honger naar kennis over de wereld aan. En dat doe je door andere kennis over die wereld aan ze te presenteren, en ze te informeren over hoe het denken zich binnen een specifiek domein heeft ontwikkeld.

Liefde voor kennis, diepe kennis, verkrijg je niet door te Googlen. Als ik het als docent goed doe 'zend' ik geen platte informatie naar de student, maar belichaam ik wat het betekent om kritisch en zo onafhankelijk mogelijk naar de wereld te kijken. Dat doe ik met mijn handen, voeten, gezichtsmimiek, stem, tempowisselingen, met mijn gehele ziel en zaligheid. Zo ben ik ook ooit door mijn docenten aangestoken. Graag zet ik die 'ouderwetse' traditie voort, zodat iemand anders straks het stokje weer van mij kan overnemen.

21e eeuwse vaardigheden, ja. Maar niet zonder 21e eeuwse kennis.