'Als niet-doen wordt gedaan, blijft niets ongedaan.' - Lao Zi

De naam Lao Zi betekent letterlijk 'Oude Meester' of 'Oud Kind'. Een van de schilderachtige verhalen die er over deze Chinese filosoof (vijfde eeuw voor Christus) circuleren, beweert dan ook dat hij als grijsaard geboren werd en als baby sterft. Deze vertelling illustreert een kerngedachte uit de door Lao Zi gestichte filosofie van het taoïsme. Namelijk: de weg van hardheid en onbuigzaamheid (gesymboliseerd door de oude man) naar een steeds grotere openheid, ontvankelijkheid en flexibiliteit (het kind).

Deze door het taoïsme aangeraden levenshouding is verbonden met het concept van de Weg (Dao). In het aan hem toegeschreven canonieke Boek van de Weg en de Deugd (Daodejing) merkt Lao Zi op dat dit principe een mysterie is, waarover de mens nooit het laatste woord kan spreken: 'De Dao waarover gesproken wordt, is niet het permanente Dao!' De Weg wordt namelijk beschouwd als de bron van alle dingen, inclusief de mens. Door deze veelomvattendheid kun je hem nooit in woorden vatten: beschrijvingen schieten fundamenteel tekort.

De tekst gaat verder onder de afbeelding.

Met Homo Amans, de liefhebbende mens, deelt Lao Zi het inzicht dat liefde van levensbelang is.

Ben jij een Homo Ludens, Homo Deus, of toch meer een Homo Economicus? Naar de essentie van de mens wordt al eeuwen gezocht door vele grote denkers. Doe de test hier en kom erachter wat voor Homo jij bent!​

In de Daodejing probeert Lao Zi echter wel een cirkelbeweging rond het mysterie van de Weg te maken door het aan te duiden als 'vader' en 'moeder'. Dao is een vader van alles wat bestaat, omdat het alle dingen voortbrengt. De Weg blijft echter ook aanwezig in de dingen, als een voedende moeder. Deze werking van Dao wordt de deugd of De genoemd. In de Daodejing wordt de deugd als volgt beschreven: 'Het draagt, voedt en beschermt alle dingen maar wil ze niet overheersen.' In plaats daarvan geeft de werking van Dao alles de ruimte, als een net dat alles bij elkaar houdt, maar dat zulke ruime mazen heeft dat alle dingen er vrij in kunnen bewegen.

Lao Zi stelt dat de mens een voorbeeld kan nemen aan deze handelingswijze van Dao. Hij of zij kan proberen om alles net als de Weg in z'n waarde te laten. Daartoe kan de mens iedere dag opnieuw proberen om zo open mogelijk in de wereld te staan. In plaats van andere mensen je wil op te leggen, is het ook mogelijk om afstand te doen van alle overspannen doelgerichtheid of machtswellust. Deze aandachtige en ontvankelijke houding wordt door Lao Zi wuwei genoemd: niet-doen. Op het eerste gezicht lijkt hij met deze woorden zijn lezers op te roepen om nooit meer het bed uit te komen. Niet-doen is echter wat anders dan niets doen.

Wie het niet-doen beoefent, is juist zeer betrokken op de situatie waarin hij verkeert. Hij probeert alleen niet storend in te grijpen en probeert alles en iedereen de ruimte te geven. Dit wonderlijke proces, dat we misschien in ons eigen leven ook kunnen ontdekken, wordt geïllustreerd met verhalen over ambachtslieden en andere mensen die met hun handen werken. Zoals de kok Ding, die een mes heeft dat maar eens in de negentien jaar verslijt. De adellijke werkgever van deze kok is zeer verbaasd en vraagt hem naar zijn 'methode' (in de Chinese tekst staat 'dao' of 'weg').

De kok antwoordt dat hij zo min mogelijk doet: 'Als niet-doen wordt gedaan, blijft niets ongedaan!' Door met het mes steeds de weg van de minste weerstand te zoeken, volgt hij de natuurlijke lijnen van het runderlijf. Op die manier vallen alle karkassen onder zijn hand als vanzelf uit elkaar. Dit verhaal bevat de taoïstische levensles in een notendop: wie het leven accepteert zoals het is, lijkt op kok Dings mes.

Nergens ondervindt hij weerstand. Hij is vrij.