Of het nou een remake is van de hitfilm Dirty Dancing (1987), het 25 jaar lang verwachte derde seizoen van de succesvolle televisieserie Twin Peaks of de recente nieuwe afleveringen van space-opera Star Wars: onze popcultuur is doorspekt van nostalgie. Ook populisten als Geert Wilders en Donald Trump kunnen er wat van. Met slogans als 'Nederland weer van ons' en 'Make America great again', werden en worden nostalgische stemmers geprikkeld.

En met succes: de Brexit ('Take back control') is een feit, Trump werd president van Amerika en de PVV de tweede partij van Nederland. Dat is niet omdat wij, politici, of filmhuizen nou zo lui zijn. "Nostalgie is een reëel bestaand gevoel en een symptoom van wat er aan de hand is in onze samenleving", schrijft historicus Eelco Runia onlangs op NRC.nl. Het is "een verlangen naar een tijd dat we nog een toekomst hadden."

Maar, daar zijn andere opvattingen over. Nostalgie wordt voor het eerst gebruikt in 1668 en is samengesteld uit de Griekse woorden nostos (thuiskomen) en algos (pijn). Nostalgie is het lijden dat veroorzaakt wordt door het onvervulde verlangen om terug te keren naar daar waar je ooit was. De Russische filosoof Svetlana Boym gaat nog een stapje verder. Zij noemt het een verlangen naar een wereld die niet meer bestaat, of zelfs nooit bestaan heeft.

Nostalgie hangt samen met revolutie, stelt Boym. Tijdens de Franse Revolutie, bijvoorbeeld, droegen mannen Romeinse hoeden en vrouwen toga's om zo hun vrijheid te benadrukken. Hercules werd herontdekt, op munten afgedrukt en er werden standbeelden van hem opgetrokken. Toen rond 1750 de Industriële Revolutie begon in Engeland, konden de verhalen over koning Arthur op hernieuwde - massale - belangstelling rekenen.

Tekst gaat door onder de video.

Als de wereld om ons heen verandert of in crisis is, lijkt het verleden ons de zekerheid te kunnen bieden die we nodig hebben. Misschien doet de ongebreidelde aanwezigheid van digitale media via Netflix, Spotify en andere streamingdiensten ons wel onbewust verlangen naar de series waar we mee opgroeiden. En zijn het geopolitieke spanningen, baanonzekerheid en financiële instabiliteit die velen in de handen van populisten drijven.

Populisten die, in plaats van met nieuwe ideeën en oplossingen te komen, zich terugtrekken achter een geïdealiseerd, vreedzaam verleden. Dat schrijft althans James Bloodworth eind vorig jaar op de website van International Business Times in een stuk over de politics of nostalgia. Maar klopt dat wel?

Volgens cultuurfilosoof Walter Benjamin zijn nostalgische verlangens altijd ingegeven door en verweven met opvattingen over het heden. De Franse revolutie was geen blinde kopie van het Romeinse rijk, en de hernieuwde belangstelling voor koning Arthur betekende niet dat mensen in Engeland daadwerkelijk het zwaard wilden oppakken. In plaats daarvan werden er onderdelen uit de klassieke en middeleeuwse cultuur geleend om zo een eigen wereldbeeld en toekomst te kunnen scheppen.

Zo bezien, kunnen remakes van Hollywoodfilms ons iets leren over deze tijd en hoeft de populistische golf waar we nu in zitten niet per se slecht uit te pakken. Er zijn natuurlijk voorbeelden uit het verleden die het ergste doen vrezen (de politieke nostalgie van Hitler en Mussolini), maar progressie is ook mogelijk. Om nogmaals Runia te citeren: "Het zal ons dwingen te muteren in een samenleving waarin onze expectations weer groot zijn".

Welke verwachtingen dat zijn, hebben we zelf in de hand.

Zo wordt het begrip omschreven door Milan Kundera in zijn boek Onwetendheid (2002). De hoofdpersonen in het verhaal keren na deval van de Berlijnse muur terug naar geboorteland Tsjechië, om erachter te komen dat niets onveranderd is gebleven.