Stel je een leven voor zonder tijd: zonder het constante gevoel dat je achterloopt, zonder het gefrustreerde gevoel dat je de race tegen de klok wéér aan het verliezen bent. Stel je een leven voor waarin je niet zou willen dat er meer uren in de dag zitten.

We zijn niet altijd geobsedeerd geweest door tijd. In tegendeel, zoals historicus Edward Palmer Thompson een halve eeuw geleden liet zien, was de klok tot voor de industriële revolutie nauwelijks relevant. Mensen waren niet gericht op de tijd, maar op de taken die zij hadden. In een voornamelijk agrarische maatschappij deden mensen hun werk in een natuurlijke volgorde, op tijdstippen die daarbij pasten.

Bij de fabrieken die opkwamen tijdens de industriële revolutie werkte dit niet. Honderden mensen moesten gecoördineerd worden zodat ze synchroon konden werken. Dus legden werkgevers hun arbeiders - niet zonder weerstand - kloktijden op, en versterkten vooraanstaande leiders als Benjamin Franklin de waarde van tijd met uitspraken als 'tijd is geld'.

250 jaar later hebben we allemaal een obsessie met tijd. We hebben geen managers meer nodig om ons op de tijd te wijzen: door alle drukte leggen we onszelf dat automatisch al op. We worden dagelijks overspoeld door een tsunami van eisen en verwachtingen, en plannen lijkt de enige oplossing. Dus proppen we onze agenda vol, waarmee we alle efficiëntie uit de dag wringen.

We zien plannen als dé oplossing voor onze drukte: als we onze tijd beter inplannen, zullen we ons gelukkiger en efficiënter voelen en minder het gevoel hebben dat er teveel op ons afkomt. Op al deze drie punten hebben we het volledig mis, en dat is nadelig voor zowel ons leven als onze carrière.

De tekst gaat verder onder de foto.

1. Plannen maakt ons alleen maar drukker

Onderzoek laat zien dat het vergroten van het tijdsbesef - bijvoorbeeld door een grote klok in het zicht te plaatsen – er toe leidt dat mensen meer doen (denk aan hoeveel werk je gedaan krijgt op de laatste dag voor de vakantie). Hoe meer we gedaan krijgen, hoe meer we het gevoel krijgen de regie in handen te hebben.

Sterker nog, het is een van de grootste fantasieën in tijdsmanagement: hoe beter je organiseert, hoe sneller je aan de top komt. Maar dit principe werkt alleen in een beperkte wereld. In onze oneindige wereld is volledige controle onmogelijk, omdat er oneindig veel te doen is.

In de Griekse mythologie groeien er twee hoofden terug voor iedere kop die je afhakt van het veelkoppige monster Hydra. Net als bij de Hydra, is het enige dat er gebeurt als we veel dingen doen, dat er nog meer nieuwe dingen voor in de plaats komen (als je meer emails stuurt, komen er ook meer reacties in je inbox).

De paradox is dat als we meer doen als gevolg van betere planning, we niet alles gedaan krijgen, maar juist alleen maar drukker worden.

2. Het meeste uit onze tijd halen, haalt het minste uit onze aandacht

Gewapend met onze gadgets zijn we nooit beter uitgerust geweest om het meeste uit onze tijd te halen. Dankzij onze telefoons kunnen we elke seconde van de dag productief benutten, zonder vertraging communiceren, en snel van de ene naar de andere taak schakelen. Als ninja's slaan we nieuwe taken weg: krachtig en efficiënt.

Doordat we proberen het meeste uit onze tijd te halen, hakken we het in steeds kleinere stukjes. Time-splintering noemt schrijver Brigid Schulte dit fenomeen. Echter: dit maakt een uur niet langer, wel onze aandachtsspanne korter. Het verdelen van onze aandacht over honderden kleine activiteiten ontneemt ons de mogelijkheid diep betrokken te zijn bij een taak en ergens goed over na te denken.

Mooie gesprekken met dierbaren verliezen hun waarde door de blikken die we werpen op onze mailbox, en het vermogen goed na te denken vermindert bij elke trilling van onze telefoon. We onderhouden een staat van mentale chaos, die psycholoog Mihaly Csikszentmihalyi psychic entropy noemt. Dit is het tegenovergestelde van de optimale mentale toestand flow, waarin onze aandacht mag dralen en zonder afleiding diep in een bezigheid kan duiken. Waar onze gedachtes, acties en doelen gedurende een langere tijd perfect synchroon zijn.

Een flow ontstaat niet in een oogwenk, maar vergt een langere periode van aandacht. Alle momenten waarin we tot inzicht komen of gelukkig zijn, komen voort uit de overgave van onze aandacht aan het moment en de activiteit. Het verlies van tijdsbesef is juist een essentieel kenmerk van flow. Door het maximaliseren van tijd ontnemen we onze momenten hun kleur.

De tekst gaat verder onder de foto.

3. Tijdsbesef maakt ons minder effectief

Misschien ben je wel bereid je druk en minder gelukkig te voelen, als je maar effectief kan zijn. Helaas belemmert plannen ook hier onze prestaties. Effectiviteit komt voort uit twee vaardigheden: prioriteiten stellen en presteren. Wanneer we goede prioriteiten stellen kiezen we voor de juiste opties, in plaats van degene die logisch lijken.

Een sterk tijdsbesef vernauwt onze aandacht, waardoor het vermogen om goede beslissingen te maken afneemt. Onze besluiten maken we op basis van de directe vraag, in plaats van uit te zoomen om naar het grotere geheel te kijken, en we geven prioriteit aan dringende zaken in plaats van aan dat wat strategisch is. We kijken in deze door tijd gedreven waanzin zelden op van onze mailbox en to-do-lijstjes.

Onderzoek van Microsoft laat zelfs zien dat 77% van Britse werknemers het gevoel heeft dat ze een productieve dag achter de rug hebben als zij hun mailbox hebben geleegd. Het baart me zorgen om te zien hoe veel blogs en boeken gericht zijn op het behalen van doelen als een lege mailbox of vinkjes op een to-do lijst, alsof die prestaties op zich de moeite waard zijn.

Geen enkel bedrijf, en al helemaal geen leven, is ooit veranderd door een lege mailbox. En het behalen van een lege takenlijst betekent slechts een gebrek aan de verbeelding om iets nieuws te bedenken. Naast het maken van verkeerde beslissingen, toont onderzoek van wetenschappers Michael DeDonno en Heath Demaree aan dat ons vermogen te presteren ook daalt bij een groter tijdsbesef.

Zij zagen dat onze prestaties meer worden verminderd door een besef van tijd dan door een gebrek aan tijd. Teresa Amabile van Harvard University laat zien dat een grotere focus op tijd er voor zorgt dat we minder goed worden in het oplossen van problemen en het bedenken van creatieve oplossingen. We denken minder goed wanneer we werken onder het getik van de klok.

4. Het einde van het tijdperk van tijdsmanagement

Het klopt dat we in staat zijn meer dingen te doen als we beter plannen, maar in ons huidige werkklimaat is dit niet langer van belang. Ten tijde van de industriële revolutie waren het repetitieve, synchrone activiteiten die nodig waren. Vandaag de dag moeten we zelf denken, creatief zijn en problemen oplossen. Een focus op de klok ondermijnt de benodigdheden van vandaag en maakt ons ongelukkig!

Tijd plannen was een briljante uitvinding en heeft ons 250 jaar geleden geholpen de maatschappij te transformeren. Nu is het niet meer nodig. Sterker nog, het is zelfs schadelijk in een wereld van overvloed. Het is tijd om een nieuwe strategie te bedenken, eentje die begint met de erkenning dat in een overbelaste wereld het grootste tekort niet tijd is, maar aandacht. Anders gezegd: tijd is niet langer geld.