Van onsmakelijke foto's op een pakje tot het verbieden van de mentholsigaret en het verhogen van de prijs: de overheid gaat steeds verder in het ontmoedigen van roken. Hoe terecht is dat? En werken de maatregelen? Die vragen leggen we voor aan gedragswetenschapper Maartje Luijten, schrijver én roker Marian Donner en strafrechtadvocaat Bénédicte Ficq.


Een roker die wil stoppen moet niet alleen de strijd aan met de zwaar verslavende stof nicotine. Stoppen is juist zo lastig omdat het méér dan een fysieke verslaving betreft, zegt gedragswetenschapper Maartje Luijten. Zij doet onderzoek naar neurocognitieve processen in rookgedrag. 'Er vinden leerprocessen plaats in het brein, waardoor je signalen uit de omgeving gaat koppelen aan roken. Als je sigaretten koopt bij een supermarkt en je steekt er buiten de winkel direct een op, dan wordt de supermarkt een trigger voor je. Elke keer als je langs de supermarkt loopt, krijg je spontaan zin om te roken. Het brein reageert op visuele signalen, zoals die supermarkt, maar ook op interne signalen, zoals je somber voelen. Een sigaret roken wordt dan dé manier om de somberte weg te nemen.'

Iedereen maakt zich druk om de sterfte door corona, maar vergeet niet dat het aantal doden door tabaksgebruik 385 mensen per week is, alleen al in Nederland.

Daarnaast laten de hersenen ook iets anders zien. De gebieden in het brein voor gedragscontrole en het stellen van lange termijndoelen lijken minder goed ontwikkeld te zijn bij mensen die verslaafd zijn, zegt Luijten. 'Stoppen met roken is jezelf ander gedrag aanleren. Het loskoppelen van het bezoek aan de supermarkt van de behoefte aan een sigaret. Dat is heel ingewikkeld. De enige prikkel die vanuit de overheid opgelegd wordt en die blijvend werkt, is het verhogen van de prijs van een pakje sigaretten.' Toch moet de rol van de overheid niet beperkt zijn tot het opdrijven van de prijs, vindt Luijten, maar ook ondersteuning bieden in het veranderen van het gedrag. 'Mensen hebben een vrije keuze, maar als jij rookt, stel je ook anderen bloot aan de sigarettenrook. Bovendien gaan kinderen sneller roken als hun ouders dat doen. Er is een maatschappelijke verantwoordelijkheid.'

Een roker

Hoezeer het roken ontmoedigd wordt door overheid en maatschappij, dat ervaart Marian Donner aan den lijve. Ze schreef het Zelfverwoestingsboek, waarin ze oproept de lelijke, ongezonde en imperfecte kant van het leven te omarmen. 'Superirritant', vindt ze het, de manier waarop roken wordt tegengegaan. 'Het is heel hypocriet om het te ontmoedigen, en tegelijk de staatskas te vullen met de opbrengsten. Ik ben niet voor een overheid die voorschrijft hoe je moet leven. Dat je bijvoorbeeld niet meer mag roken in cafés vind ik erg. In de lagere klasse wordt meer gerookt dan in hogere. Het is natuurlijk niet het meest gezonde om te doen, maar een drankje drinken en een sigaret roken is voor veel mensen een manier om te ontspannen.'

Toen ze het vorig jaar in columns in de Volkskrant opnam voor de roker, kwam haar dat op woedende reacties te staan. 'Je ziet hoe de tijdsgeest omslaat. We zijn gericht op heilzaamheid. Je moet gezond leven en tot op hoge leeftijd de marathon kunnen lopen.' In het verlengde daarvan ligt het idee dat iedereen zelf verantwoordelijk is voor zijn eigen gezondheid, zegt ze. 'Je hoort dat ook als het over mensen met obesitas gaat: 'Als mensen dik zijn hebben ze meer kwalen en daar betaal ik dan belasting voor.' Dat zijn zulke egocentrische argumenten. In een samenleving werkt dat nou eenmaal zo, je kunt niet over andermans keuzes beslissen.'

Bovendien is het makkelijker dan ooit om je te onttrekken aan de rook, stelt Donner. 'Ik kan me voorstellen dat het vroeger vervelend was, toen er nog gerookt mocht worden in vliegtuigen en bioscopen, omdat je niet kon ontsnappen aan de rook. Daar is nu geen sprake meer van. Ik heb soms ook last van harde muziek in het park als daar kickbokslessen worden gegeven, maar omdat dat gezond is, wordt dat sneller geaccepteerd.' Ook is Donner van mening dat stoppen met roken niet alleen een individuele aangelegenheid is. 'Ik vind dat de overheid wat gezondheid betreft te veel ingrijpt op individuele levens. Laat ze ook achter de tabaksindustrie aangaan, de additieven verbieden. Ik denk dat dat veel beter werkt dan constant het individu aanspreken.'

Met dat laatste is ook strafrechtadvocaat Bénédicte Ficq het eens. Samen met onder andere longarts Wanda de Kanter spande ze een rechtszaak aan tegen de tabaksindustrie, voor poging tot moord of doodslag, zware mishandeling, valsheid in geschrifte en het opzettelijk benadelen van de gezondheid. Haar mening over de maatregelen van de overheid die roken tegengaan is duidelijk: 'Iedere maatregel om roken te ontmoedigen is goed, vooral het verhogen van de kostprijs. Dat kan nét het zetje zijn om te stoppen met roken. Ik vind dat er nog veel meer bovenop moet komen. In Australië kost een pakje sigaretten rond de 27 euro. Dat zijn enorme bedragen en dat is ook echt van invloed op het aantal mensen dat rookt.'

Dat mentholsigaretten onlangs verboden werden, is volgens Ficq een zegen. 'Die hebben veel mensen aangezet tot het beginnen met roken. Sigaretten zijn kankerverwekkend en mentholsigaretten al helemaal. Mensen inhaleren die sigaretten dieper waardoor er een andere soort longkanker ontstaat.' Het moge duidelijk zijn dat Ficq voorstander is van een algeheel verbod op roken. 'Het gelegaliseerd toestaan van het gebruik van dit product is een onwaarschijnlijke schande. Dat het toegestaan is om dit gevaarlijkste product ooit te verkopen, vind ik heel erg.'

Het is niet voor niets dat Ficq heeft geprobeerd om de tabaksindustrie te vervolgen voor poging tot moord of doodslag. 'Ik vind het crimineel wat ze doen. Twee van de drie mensen die roken gaat dood aan de gevolgen.' Ze daagt je uit om één vergelijkbaar gevaarlijk product te noemen, dat tweederde van de mensen die het gebruiken — precies zoals het bedoeld is — de dood injaagt. 'Iedereen maakt zich druk om de sterfte door corona, maar vergeet niet dat er gemiddeld 385 doden per week zijn door tabaksgebruik, alleen al in Nederland.'