De NPR-podcast Embedded levert verhalen die zo diep mogelijk in een onderwerp uit het nieuws duiken. Soms in één aflevering, soms ook in een serie. Zo maakten ze de uitstekende reeksen 'Trump Stories', 'Coal Stories' en 'Police Videos', en hun nieuwste reeks heet 'Mitch'. Welke Mitch, denk je dan al gauw, komiek Mitch Hedberg? Mitch Mitchell, de drummer van Jimi Hendrix? Het kan sowieso niet Mitch McConnell zijn, de meest grijze muis uit de Amerikaanse Senaat, een man wiens meest opvallende eigenschap is dat hij zo op een schildpad lijkt. Toch gaat deze reeks, aflevering vier is net verschenen, over House Majority Leader Mitch McConnell, senator voor Kentucky en een veel boeiendere man dan je op het eerste gezicht zou bedenken.

Maar dan wel boeiend zoals bijvoorbeeld een seriemoordenaar boeiend is, of een nazi-kopstuk. Ik wil Mitch McConnell natuurlijk niet aan een van die twee gelijkstellen, dat zou ook wel weer overdreven zijn, maar voor alledrie geldt wel dat ze enger worden naarmate je meer over ze weet. Wat McConnell onderscheidt van nazi's en moordenaars, en wat hem tegelijk ook zo gevaarlijk maakt, is dat een nazi of een moordenaar ook eng is als je niks over hem weet, en Mitch McConnell helemaal niet. Hoe minder je over hem weet, hoe saaier en oninteressanter hij lijkt, een grap die ook de makers van Embedded niet ontgaat.

Onder de saaie, schildpadvormige oppervlakte is McConnell echter een nietsontziende carrièrepoliticus, en een man die schaamteloos wordt gemotiveerd door geld, honger naar macht en een niet-aflatende drang om als winnaar uit de bus te komen. Een cynicus zou nu schrijven dat die eigenschappen hem de ideale Republikein maken, maar wat Embedded ook laat zien, door behalve McConnell ook zijn aartsvijand John McCain te portretteren, is dat die laatste de ware belichaming van de Republikein vormt, juist omdat hij wél door idealen wordt gedreven.

Lees het voorgaande als een dwingende aanbeveling om deze serie te gaan luisteren, en dan zal ik nu terugkomen op de titel van dit stuk, en uitleggen wat de SP hier in godsnaam mee te maken heeft. De SP is anders dan McConnell natuurlijk een partij die wél wordt gedreven door idealen, op het starre af bijna, want de naam en de partij vallen één op één samen met een duidelijk gedefinieerde ideologie: het socialisme. In de VS is het een scheldwoord, maar hier gelukkig niet. Waar de SP en McConnell elkaar raken is in de attack ad. Het was de meest in het oog springende en meest fatale zet van de SP sinds lange tijd: het spotje dat de partij lanceerde in de aanloop naar de Europese Verkiezingen.

Sinds Frans Timmermans bij Pauw over de rug van de MH17-slachtoffers zijn eigen ego op probeerde te pompen heb ik geen greintje respect meer voor de man, dus ik zou eigenlijk ontvankelijk moeten zijn voor deze spot. Een onvervalste attack ad, zeldzaam in Nederland. Maar het spotje slaat de plank volkomen mis, het is kinderachtig, simplistisch en demagogisch: we zien een man, overduidelijk Frans Timmermans, wiens visie op de EU uiteen wordt gezet als ongebreidelde honger naar macht (uitgebeeld door hem op onsmakelijke wijze taart te laten eten), en die met onze grondrechten lijkt te spelen zoals een kind met zijn speelgoed (uitgebeeld door hem met speelgoedtanks te laten rijden).

Door dit soort oorverdovend duidelijke metaforen in te zetten wordt echter niet alleen Timmermans neergezet als een klein kind. Ook naar de potentiële kiezer toe gaat de SP hier diep door de hurken om op de meest dommige wijze uit te leggen dat deze meneer stout is en de SP niet, dus stem op ons. De overslaande stem van Lilian Marijnissen aan het eind helpt ook niet mee. De SP is er door de kiezer terecht om uit het Europees Parlement gezet.

In Nederland mag dit een fronsend ontvangen verrassing zijn geweest, in de VS is de attack ad al geruime tijd gemeengoed. In de eerste aflevering van 'Mitch', de Embedded-reeks over McConnell, leren we iets over de begintijd ervan. Een van de vroegste attack ads kwam namelijk uit de koker van McConnell, dat wil zeggen, uit de koker van Fox-oprichter Roger Ailes in opdracht en ten gunste van McConnell.

De grote parallel tussen deze spot en die van de SP: humor en miskarakterisering zijn de wapens waarmee ze een opponent te lijf gaan. Die miskarakterisering dient om de verschillen te vergroten tussen twee kampen waar die verschillen eigenlijk niet zo groot zijn. In het geval van Timmermans en de SP is er natuurlijk wel één groot verschil, namelijk dat die eerste de EU graag ziet groeien, en de SP er het liefst vanaf wil. Maar wat in deze spot het meest wordt benadrukt is de SP-mening dat Timmermans dat wil bereiken met lak aan de wensen van de bevolking. Hoewel er inderdaad niet zo netjes is omgesprongen met het Nederlandse nee tegen de Europese Grondwet, wordt het beleid van de EU bepaald door politici met een mandaat van de bevolking, langs duidelijke democratische processen. Het staatkundige landjepik waar de SP mee schermt is niet aan de orde, en Timmermans wil zich net zo graag aan democratische principes houden als de SP.

In de politieke race van de jaren 80 presenteerde McConnell zichzelf als de man die wél naar de Senaat zou komen om over belangrijke kwesties te stemmen, waar zijn voorganger Dee Huddleston voortdurend afwezig zou zijn om voor veel geld speeches te geven. Ook weer miskarakterisering: Huddleston was aanwezig bij 94% van de stemmingen tijdens zijn periode in de Senaat. Maar het belangrijkste wat McConnell deed, was het gebruik van humor. Of eigenlijk moeten we in beide gevallen misschien spreken van 'humor', het is geen Saturday Night Live of Jiskefet wat we hier zien. Zoals journalist Al Cross het in de podcast verwoordt: 'Een van de beste middelen (...) om iemand neer te halen is door kiezers om ze te laten lachen. En mensen begonnen te lachen om Dee Huddleston.' En volgens NPR-correspondent David Folkenflik snijdt het zwaard aan twee kanten: McConnell, 'die niet bijzonder warm is', krijgt dankzij deze spot een gevoel voor humor aangewreven. 'Humor door associatie', aldus Folkenflik.

Dat we Timmermans hier volgens de SP uit moeten lachen, en daarom minder als de gedoodverfde winnaar van de verkiezingen moeten zien, lijkt me duidelijk, maar ik weet niet of de SP ook dat tweede heeft willen proberen. In deze verkiezing was het voor vrijwel alle partijen volstrekt onduidelijk wie er de leiding had: de fractievoorzitter in de Tweede Kamer, of de lijsttrekker voor de Europese Verkiezingen? Al kunnen ze bij de SP allebei wel wat humor door associatie gebruiken, want Lilian Marijnissen is niet de meest sprankelende politica – nog los van het dynastieke luchtje dat ze onvermijdelijk met zich meedraagt. Dat eerste kunnen we ook zeggen over EU-lijsttrekker Arnout Hoekstra (ik moest zijn naam opzoeken) en trouwens ook over de door deze campagne gesneuvelde partijleider Ron Meyer, die ten koste van een eerlijk stemproces door (vader) Marijnissen cum suis naar voren was geschoven.

Humor en miskarakterisering zijn de wapens waarmee attack ads een opponent te lijf gaan. Zo worden de verschillen tussen twee kampen groter gemaakt dan ze zijn.

Je kan deze twee politieke races en de rol van de attack ad daarin niet met elkaar vergelijken, er zijn talloze factoren die beïnvloeden waarom het voor McConnell de zetel in de Senaat opleverde die hij 35 jaar later nog steeds in handen heeft, en het voor de SP betekende dat het in een van de vier democratische speelvelden compleet niet meer meedoet. Maar wat je wel kan concluderen is dat de introductie van de attack ad in Nederland in minder vruchtbare bodem viel dan destijds in de VS. Wie hoopvol is zou kunnen zeggen dat dat komt doordat de Nederlandse kiezer niet gediend is van dit soort tactieken. Maar wie dat zegt gaat voorbij aan de niet-aflatende persoonlijke aanvallen die Geert Wilders electorale successen bezorgde, of aan het nog directer verwante stukje audiovisuele huisvlijt van Thierry Baudet, die aan een bestaand extreemrechts haatspotje de gezichten van zijn politieke opponenten vastplakte.

Wie pessimistisch is zou kunnen concluderen dat de Nederlandse kiezer alleen reageert op persoonlijke aanvallen als die niet met humor gepaard gaan. Elkaar afbranden moet je met moorddadige ernst doen, en niet met een speelse knipoog (pardon, bij de SP dus een 'speelse' 'knipoog'). En met dat misschien wat flauwe plaatsen van aanhalingstekens raak ik aan de voornaamste reden waarom het de SP niet is gelukt om makkelijk te scoren met een drogreden: hoe makkelijk het ook is, zo'n persoonlijke aanval, het is ze toch gelukt om het te verknallen.

Onder de professionele video ligt een middelmatig script met kinderachtig geformuleerde open deuren: Timmermans heeft een honger naar macht, kijk maar, hij eet taartjes. Timmermans speelt met je grondrechten, kijk maar, hij speelt met speelgoed. En erger nog: het uiteindelijke tegengif, SP stemmen, wordt met niets anders gemotiveerd dan met het spotje zelf. Wij vertellen je waarom je niet op hem moet stemmen, dus moet je op ons stemmen. Als ik SP-kiezer was zou van de weeromstuit juist op de PvdA gaan stemmen, alleen al omdat de partij me blijkbaar zo laag heeft zitten dat ze denken dat ik hierop aansla.

Tot slot is de populistische kiezer een volatiel wezen. Van een links-populist die SP stemt is sneller dan je denkt een rechts-populist gemaakt, die bij FvD of PVV graag bereid is door het racisme heen te kijken zoals ze bij de SP bereid waren door de quasi-totalitaire partijdemocratie heen te kijken. Ongetwijfeld heeft ook dat hen stemmen gekost. Klein voordeeltje voor de SP: als je makkelijk heen kan, dan kan je ook makkelijk terug. Maar dan moet er eerst een mediapopulist in de hand worden genomen die wél weet hoe je van een grijze muis een pretletter maakt. Of, maar ik moet ook niet te veel vragen, een socialist met een aansprekende visie.