Het Brexit-refendum ligt een open zenuw bloot: deugt de (directe) democratie niet als zij de 'verkeerde' uitkomsten produceert? Hoofdschuddend kijken buitenlandse commentatoren naar het Verenigd Koninkrijk. Der Spiegel meent dat het de 'grenzen toont van de democratie', Foreign Policy spreekt van 'valse democratie', The Atlantic vindt het 'Russisch Rouletten' en de New York Times stelt dat referenda een (te) simpel antwoord op een moeilijke vraag geven.

Hebben we echt zo weinig vertrouwen in democratische besluitvorming?

Fout die nog gecorrigeerd moet worden?
Tijd om de politieke filosofie erbij te halen. Volgens Alexis de Tocqueville is de kracht van een democratie dat het in staat is 'herstelbare fouten' te maken. In tegenstelling tot alle andere staatsvormen heeft de democratie altijd mechanismen om zichzelf te corrigeren. Na elk besluit zijn er zijn weer nieuwe verkiezingen, wetten, leiders en referenda. Waarbij het de vraag is of de Brexit-uitslag een correctie, of de fout is die nog gecorrigeerd moet worden.

Gezonde democratie
Volgens Tocqueville heeft de democratie moeite haar hartstocht en kortetermijnbelangen te beteugelen. Zo gek is die uitslag dus niet. Interessanter is wat hierna volgt. Weten de Britten zichzelf te herstellen en eventueel te corrigeren? Zoals de Denen dat bijvoorbeeld ook gedaan hebben in de EU-refenda van 1992 (uitslag: nee) en 1993 (uitslag: ja)? Nieuwe verkiezingen, een eventueel tweede referendum of nieuwe leiders zijn daarmee geen teken van chaos. Het toont juist een gezonde democratie in werking. Stay calm and carry on!