Jongeren hebben hun eerste seksuele ervaring op steeds latere leeftijd, blijkt uit recent onderzoek van de Rutgersstichting. Op hun 18de heeft de helft van de Nederlandse jongeren tussen de 12 en 25 jaar geslachtsgemeenschap gehad. Vijf jaar geleden was dit rond het 17de jaar. Hoe is deze verandering te verklaren?
Deze trend, van jongeren die op een latere leeftijd gaan experimenteren met seks, vindt niet alleen plaats in Nederland. In de Verenigde Staten gebeurt iets soortgelijks. Ook daar stijgt de gemiddelde leeftijd waarop jongeren hun eerste seksuele ervaring hebben, al is de daling daar al ruim een decennium aan de gang, terwijl dit in Nederland een trend is van de laatste vijf jaar. Ook is er in de Verenigde Staten een steeds grotere groep jongeren die tot op hogere leeftijd maagd is. En hebben jongeren van nu minder seksuele partners dan eerdere generaties. Of dit laatste ook in Nederland aan de hand is, kan ik uit het onderzoek van de Rutgersstichting niet opmaken, maar het zou mij niet verbazen.
Op het eerste gezicht lijkt deze ontwikkeling niet te corresponderen met wat we om ons heen zien gebeuren. In de media zien we een grote hoeveelheid aan erotische beelden. Zeker in jeugdcultuur zijn hyperseksuele voorstellingen van aantrekkelijke, jonge lichamen de norm. Op social media is het de kunst om jezelf zo aantrekkelijk mogelijk te presenteren. En veel artiesten die onder jongeren populair zijn, gebruiken schaarsgeklede lichamen om hun muziek wat op te leuken, en zingen, of rappen in de meeste gevallen, over legio seksueel avontuur.
Er is een verschil tussen 'seks' en de 'sexy', en in deze twee domeinen zien we verschillende ontwikkelingen. Het domein van 'seks' betreft het daadwerkelijke seksueel gedrag. 'Sexy' betreft de fantasieën over, en de insinuatie en representatie van seks. Terwijl de sexy onder jongeren explicieter is dan ooit tevoren en de laatste decennia aan kracht lijkt te winnen in jeugdcultuur, is het domein van het daadwerkelijk gedrag aan het deseksualiseren. Daarmee bedoel ik dat seks steeds minder onderdeel is van het alledaagse sociale verkeer van jongeren.
De Amerikaanse psycholoog Jean Twenge, die al decennia onderzoek doet naar veranderingen in seksueel gedrag en seksuele opvattingen onder jongeren, geeft een opmerkelijke verklaring voor dit proces van deseksualisering in een artikel in The Atlantic. Volgens haar zorgt het veelvuldig gebruik van smartphones en social media onder jongeren ervoor dat het aantal uren dat zij per week thuis zitten toeneemt, terwijl het aantal uren dat zij in het bijzijn van leeftijdgenoten doorbrengen daalt. Als gevolg hiervan zouden jongeren, onder andere, minder daten, minder seksueel experimenteren, en minder intieme relaties aangaan.
Ik ben niet overtuigd van deze verklaring. Zoals altijd in dit soort ontwikkelingen is er zelden een eenduidige verklaring, maar is er een verscheidenheid aan processen gaande die een verschuiving in gedrag teweegbrengt. De dalende trend van een latere leeftijd waarop geëxperimenteerd wordt met seks zette in de Verenigde Staten al zo rond het millennium in: ver voordat het gebruik van smartphones gebruikelijk werd. Daarnaast laten andere studies van technologiegebruik zien dat het jongeren niet per definitie minder sociaal maakt.
De tekst gaat verder onder de afbeelding.