De döppelganger, een eeuwenoud motief in mythen en verhalen, keert terug in de nieuwe televisieserie The Outsider, naar de gelijknamige roman van Stephen King. Zoals blijkt uit het verhaal is zo'n confrontatie met 'het andere zelf' angstwekkend. Maar tegelijkertijd: onweerstaanbaar en onvermijdelijk.


Zo kan het op een mooie dag gebeuren dat je jezelf ziet — zonder dat er sprake is van een beeld in een spiegel. Dat gaat als volgt: je bent net wakker. Vaag heb je het gevoel dat je duizelig bent, alsof de wereld om je heen kantelt. Opeens zie je jezelf, liggend in bed.

Je denkt: opstaan, sukkel, je moet naar je werk! Maar je blijft liggen. Woedend schreeuw je tegen jezelf; misschien geef je jezelf een schop en probeer je jezelf door elkaar te schudden. Maar op precies hetzelfde moment zie je jezelf deze dingen doen. Dan bereik je een breekpunt. Want dit kán niet. Wie ben je nou: het lichaam dat in bed ligt of de figuur die naast het bed tekeer gaat?

Misschien is dit hoe 'de dubbel' werkt: die stelt ons in de gelegenheid onszelf en ons leven van een afstand te aanschouwen. De dubbel is de op drift geraakte essentie van onze identiteit.

De gevolgen van deze confrontatie met het andere zelf zijn desastreus. Nog erger: het incident is waar gebeurd. Het staat opgetekend in het boek The Man Who Wasn't There (2015) van de Indiase wetenschapsjournalist Anil Ananthaswamy. Het gaat om het geval van een 21-jarige student neuropsychologie in Zurich die op een dag met zijn dubbel werd geconfronteerd toen hij wakker werd. De student werd zo verward en bang dat hij uit het raam sprong (gelukkig overleefde hij de val).

Het fenomeen heeft allerlei wetenschappelijke verklaringen. Maar interessanter is de doppelgänger als constante in onze culturele geschiedenis. Zo geloofden de oude Egyptenaren dat de ziel van de mens na de dood voortleeft in een spirituele dubbelganger die 'ka' heet, een van de vijf menselijke aspecten, naast 'lichaam', 'schaduw', 'naam' en het lichamelijke deel van de ziel. Bij het overlijden leeft 'ka' voort in de tombe als verlenging van het leven van de dode.

Maar wat nu als 'ka' bepaald geen frisse persoonlijkheid blijkt te hebben? Als die anders dan het 'goede' origineel het kwaad in zich heeft? Deze vragen rijzen tantaliserend in vele verhalen (waarover later meer), en opnieuw in de HBO-serie The Outsider.

Het begint tamelijk doorsnee met de gruwelijke moord op een jongen van een jaar of tien. Rechercheur Ralph Anderson (Ben Mendelsohn) ontdekt vervolgens dat de moordenaar via op het lijk gevonden tandafdrukken en DNA-materiaal kan worden geïdentificeerd: Terry Maitland (Jason Bateman), geliefd in de kleine-dorpsgemeenschap als huisvader die vrijwilligerswerk verricht en die zich volledig inzet als coach van het Little League-honkbalteam.

Dan blijkt dat Terry de moord onmogelijk kon hebben gepleegd. Een video duikt op waarop te zien is dat Terry op het moment van de dood van de jongen op een symposium in een hotel in een andere stad was. Sterker nog, Terry's vingerafdrukken, identiek aan die gevonden op het lijk, zitten op een boek dat hij in de kiosk van het hotel had bekeken. Hebben we hier te maken met een dubbelganger?

Lezers van Stephen King zullen zich zijn andere dubbelganger-verhaal voor de geest halen: The Dark Half (1989) waarin een horror-verhalenschrijver van allerlei moorden wordt verdacht, die gepleegd zijn door zijn evenbeeld. King speelt prachtig in op de traditie van de slechte dubbel in bijvoorbeeld werk van Robert Louis Stevenson (Strange Case of Dr Jekyll and Mr Hyde, 1886) en Fjodor Dostojevski (De dubbelganger, 1846). Verhalen als deze vinden neerslag in de moderne populaire cultuur, met als mooiste voorbeeld de klassieke serie Star Trek, waar bemanningsleden in verscheidene afleveringen oog in oog komen te staan met hun andere zelf.

Behalve de horror van het gegeven — de döppelganger is bijna altijd een belichaming van het kwaad — oefenen deze verhalen een vreemde aantrekkingskracht op ons uit. Dat blijkt ook mooi in het mysterieuze The Outsider. In het eerste deel van de serie overheerst behalve de speurtocht naar de enge dubbel vooral het verdriet van rechercheur Ralph wiens zoontje aan kanker is overleden. Het lijkt net alsof er ook bij hem sprake is van een dubbel: enerzijds de man die iedere dag naar zijn werk gaat, die goed lijkt te functioneren, anderzijds de man die op het randje staat, die niet verder kan vanwege het verschrikkelijke verlies van zijn kind.

Misschien is dit hoe 'de dubbel' werkt: die stelt ons in de gelegenheid onszelf en ons leven van een afstand te aanschouwen (wat in feite is wat er gebeurt wanneer we een boek lezen of naar een serie zoals The Outsider kijken). De dubbel is het gefragmenteerde zelf, de op drift geraakte essentie van onze identiteit. Ook: de duistere andere kant van die identiteit die we liever niet zien, maar waarvan we onze ogen niet kunnen afhouden. Want die is 'interessant', verboden om te zien, maar soms essentieel om verder — als volledig mens — te kunnen leven.

Dat maakt The Outsider extra boeiend: in zijn speurtocht naar de moordenaar, naar de dubbel van Terry, komt Ralph steeds meer te weten over zichzelf, over zijn eigen gevaarlijke ander, die verdrietige man die niet durft te rouwen over de dood van zijn zoontje. Zijn dubbel in het oog kunnen kijken, zo lijkt het tot en met aflevering drie, is de sleutel tot het helen van oude wonden.

The Outsider is nu te zien op HBO.