Neemt AI onze menselijkheid over?
Vier sprekers over wat er overblijft van de mens in tijden van AI
Welke betekenis heeft de mens nog wanneer AI onze creativiteit, kennis en zelfs ons bestaan lijkt te overvleugelen? Dat vraagt Eran Ehrlich uit Zutphen zich af. Brainwash vond vier denkers en makers die op hun eigen manier ook bezig zijn met deze levensvraag.
Vraagsteller Eran is docent en ziet dat zijn leerlingen steeds vaker blind vertrouwen op ChatGPT. “Daardoor voel ik mijn rol als kritische gids verschralen”, vertelt hij. De verleiding van gemak is groot, ziet hij. “Wat blijft er nog over van zin en menselijkheid als we aan kunstmatige intelligentie toegeven?”
Onderzoeker en schrijver Paola Verhaert, psychiater Dirk de Wachter, techniekfilosoof Marjolein Lanzing en niemand minder dan – door AI weer tot leven gewekte – Nietzsche laten elk op hun eigen manier weten hoe zij tegen deze vraag aankijken.
Wat blijft er over van de mens in tijden van AI?
Wie beïnvloedt wie eigenlijk? De mens de machine of de machine de mens? We bouwen algoritmes om te helpen, te voorspellen en te verbeteren. Maar steeds vaker spiegelen ze iets terug wat we liever niet zien: onze vooroordelen, onze drang naar efficiëntie en onze angst om te falen.
Een student die zijn opdracht laat maken door ChatGPT, een arts die zich baseert op een algoritmisch risicoprofiel, een rechter die advies krijgt van een voorspellend model: de rol van de machine begint steeds meer nieuwe vormen aan te nemen. We vertrouwen op systemen die sneller en slimmer lijken te zijn, maar vergeten dat ze met onze eigen data, aannames en waarden zijn gevuld. Welke invloed heeft die wisselwerking met kunstmatige intelligentie op onze menselijkheid?
Een eeuwenoude zorg
De angst voor de invloed van kunstmatige intelligentie lijkt misschien echt iets van deze tijd, maar Plato was al huiverig voor het gebruik van nieuwe technologie. Schrijven? Daar krijg je bijvoorbeeld een slecht geheugen van, waarschuwde de Griekse filosoof. De mens worstelt altijd met de vraag of technologische vernieuwing vooruitgang betekent, vertelt Roderick Nieuwenhuis ook in een aflevering van Brainwash Zomerradio. Elke technologische vernieuwing roept sindsdien dezelfde vraag op: maakt dit ons vrijer of juist afhankelijker?
Ondanks dat de machine meer en meer verankerd werd in het dagelijks leven van de mens, bleven de zorgen aanwezig. In de vorige eeuw schreef de Franse denker Jacques Ellul al over een wereld waarin techniek niet langer een middel, maar een doel werd. Volgens Ellul promoot de techniek waarden die haaks staan op die van de mens. Waarden zoals ‘efficiëntie’ en ‘economische groei’ staan voorop in de techniek, in plaats van meer menselijke waarden zoals ‘zorg’ en ‘gelijkheid.’
Schrijver en onderzoeker Paola Verhaert legt uit dat deze spanning cyclisch is: elke technologische doorbraak roept dezelfde vraag op: dient de techniek ons, of dienen wij haar? In een video voor Brainwash licht ze het gedachtegoed van Ellul toe. Hoe meer onze samenleving vervlochten raakt met de techniek, hoe dominanter de waarden van de techniek worden, vertelt ze. Dat vond Ellul een probleem, want: als we onze menselijke waarden laten overstemmen door die van de techniek, dan ontstaat er een soort ontmenselijking.
Het dominanter worden van technologische waarden heeft volgens Ellul dus alles te maken met onze drang om alles zo efficiënt mogelijk te doen. Alleen het punt is, dat menselijkheid ontstaat op het moment dat iets niet zo efficiënt kan verlopen. Als de mens haar drang naar efficiëntie loslaat en juist de strubbelingen inzet als leermoment, wordt zelfreflectie meer gewaardeerd, zo laat ook de HUMAN-documentaire De smartphone-loze mens zien. Zodra de digitale ruis wegvalt bij de mensen die zonder smartphone leven, verschijnt niet de leegte maar aandacht.
De angst om te falen
Waar Ellul en Verhaert zich richten op de maatschappelijke vraag naar AI, verschuift techniekfilosoof Marjolein Lanzing de vraag naar het persoonlijke niveau. Waarom wenden we ons tot kunstmatige intelligentie? Ze ziet dat technologie ons namelijk niet alleen gemak, maar ook bescherming biedt, vertelt ze in een video met Brainwash. Zo ziet ze als docent dat studenten in het onderwijs naar ChatGPT grijpen uit angst om te falen en fouten te maken. Dit hoeft niet te maken te hebben met luiheid, maar kan ook komen door prestatiedruk en hoge verwachtingen.
Maar die angst beperkt zich niet tot studenten. Ook docenten voelen soms de verleiding om AI te gebruiken, uit tijdgebrek of werkdruk. Een Amerikaanse docent voorzag een essay van een student van een goed cijfer, schrijft The New York Times. Maar zij kwam erachter dat de feedback met ChatGPT werd gegeven.
Juist dat falen en maken van fouten, stelt Lanzing, is een fundamenteel onderdeel van ieder leerproces. Ze verwijst daarbij naar het deugdenethiek van Aristoteles, die stelde dat we als mensen imperfect geboren worden. Hij meende dat oefening en het maken van fouten onderdeel zijn van de manier waarop we ons als mensen ons karakter kunnen vormen. Zo schuift de vraag langzaam op van technologie als hulpmiddel naar technologie als vervanging.
Wie kunnen we verantwoordelijk houden?
Als AI langzaamaan ons gaat vervangen in het maken van keuzes, wie is er dan nog verantwoordelijk voor die beslissingen? Docent Petra Madelon de Graaf, die lesgeeft aan de opleiding Data Science & AI aan de Hogeschool van Rotterdam, legde haar studenten de vraag voor wat ze ervan zouden vinden als ze met ChatGPT voortaan de tentamens nakijkt. Dat stuitte op veel weerstand.
Dat heeft volgens haar ook te maken met een docent die verantwoordelijk te houden is voor het uiteindelijke oordeel. AI is dat niet. Daar zit volgens De Graaf de crux. “Hoe kwalijk de verantwoordelijkheidskloof, de mogelijke vooroordelen en het gebrek aan transparantie zijn, hangt af van het desbetreffende algoritme en hoe het wordt ingezet”, zegt ze in een opinie-artikel in NRC.
Ze krijgt regelmatig de vraag wat ze van kunstmatige intelligentie vindt. “Ik antwoord graag met een tegenvraag: wat vind je van films? Vaak luidt het antwoord: dat ligt eraan, over welke film hebben we het?” Dat is ook het punt, volgens haar. Over welke kunstmatige intelligentie hebben we het precies? “Fraudedetectie, chatbots en algoritmes in de zorg: allemaal vallen ze onder dit paraplubegrip.” Volgens haar is het dus van groot belang dat we dat blijven inzien. Zo kan het ook duidelijker zijn wie we verantwoordelijk houden.
Hoogleraar Socially Intelligent AI Sennay Ghebreab legt in een interview met Brainwash uit dat de verantwoordelijkheid altijd bij de mens ligt. Volgens hem moeten we vooral inzien dat AI een weerspiegeling is van onszelf, de mens: “Iets als ChatGPT is helemaal geen tegenstelling met ons mensen, maar juist een reflectie van ons. Toch worden ze gezien als een eigen, levende entiteit.” Als we ons dat beter realiseren, kunnen we AI in ons voordeel gaan inzetten voor een rechtvaardige samenleving in plaats van ons erdoor te laten leiden.
Soms is AI júist de morele keuze
AI kan namelijk ook bijdragen aan een meer rechtvaardige samenleving. Filosoof Lode Lauwaert kaart in een eerder interview met Brainwash aan dat de razendsnelle opmars van AI-gebruik juist ook veel morele mogelijkheden met zich meebrengt. Soms zijn AI-modellen zelfs eerlijker.
Onderzoek heeft uitgewezen dat rechters dezelfde casus anders beoordelen op basis van heel menselijke zaken als honger of vermoeidheid. Rechters zijn strenger voor de lunch dan daarna. “Dat is onwenselijk. AI kan ons bewust maken van de parameters in ons lichaam, zoals hongergevoel of toevallende ogen, die aangeven dat het niet het juiste moment is om een beslissing te maken. Dat is een moreel voordeel”, zegt Lauwaert.
Maar degenen die de moraal bij AI moeten inprogrammeren, dragen een grote verantwoordelijkheid. “Het is onze plicht om na te denken over de problemen met de ontwikkeling en het gebruik daarvan”, aldus Lauwaert.
Durf te denken
Zo komt de oorspronkelijke vraag weer bovendrijven: wie beïnvloedt wie eigenlijk? De machine lijkt ons denken over te nemen, maar alleen omdat wij dat toestaan. Psychiater Dirk De Wachter ziet de opkomst van AI dan ook niet als een bedreiging, maar als een uitnodiging. “De betekenis van de mens wordt niet kleiner, maar groter,” stelt hij in de video die hij hierover met Brainwash maakte. Niet de machine bedreigt ons, maar onze neiging om haar denken zonder vragen over te nemen. Daarin schuilt volgens De Wachter juist ook onze verantwoordelijkheid: om niet op te gaan in wat we maken, maar ons er steeds opnieuw toe te verhouden.
Wat blijft er dus over van de mens in tijden van AI? Het vermogen om betekenis te geven. De mogelijkheid om stil te staan, te twijfelen, te kiezen. En wat dan voor de vraagsteller overblijft: hij is niet degene die alle antwoorden kent, maar die de juiste vragen stelt.