Iemand die vlucht uit Syrië belandt in de eindeloze wachtkamers van de asielprocedure, terwijl Oekraïners met open armen worden ontvangen en snel mee kunnen draaien in de maatschappij. In Brainwash Bits vertelt Renée Frissen, oprichter van OpenEmbassy, over haar hoop dat de opvang van Oekraïners leidt tot nieuwe inzichten over migratie en integratie.

Een volle tank, tassen in de gang

Ze zag dat het de verkeerde kant op ging, en dus pakte Oksana Danylyuk uit Oekraïne haar tassen en sloeg ze benzine in. Toen op 24 februari de eerste Russische bommen vielen, is ze direct gevlucht. Omdat haar schoonzus in Amsterdam woont en werkt, besloot ze met haar gezin naar Nederland te komen.

Haar schoonzus hielp haar aan een tijdelijk appartement, daarna moest ze over werk nadenken. “In Oekraïne was ik cardioloog in het ziekenhuis en gaf ik les aan de universiteit,” vertelt Oksana. Omdat haar diploma’s in Nederland niet meteen worden erkend, kan ze hier nog niet als arts aan de slag. Wel start ze binnenkort als onderzoeker bij een medisch onderzoeksinstituut. Waar en wanneer haar vlucht zal eindigen weet Oksana niet, maar voor nu is ze blij dat haar kinderen naar school gaan, ze een dak boven haar hoofd heeft en aan het werk kan. 

Oksana Danylyuk vluchtte met haar gezin uit Oekraïne.

Grote verschillen tussen vluchtelingen

Werk is essentieel voor mensen die gevlucht zijn, zegt Renée Frisse van OpenEmbassy, een organisatie die nieuwkomers helpt hun weg te vinden in Nederland. Een baan kan mensen helpen hun leven weer een beetje op te pakken en geeft hun het gevoel dat ze iets bij kunnen dragen. Maar dat gevluchte mensen meteen aan de slag kunnen is niet vanzelfsprekend. De manier waarop  Oekraïners worden opgevangen verschilt namelijk enorm met de opvang van andere groepen.

“Als je normaal gesproken naar Nederland vlucht, hebben we een hele route voor je uitgestippeld,” legt Frissen uit. Tijdens die asielprocedure zijn mensen eindeloos aan het wachten. Ze wachten op het bericht of ze een status hebben gekregen, op verhoren met de IND, op welke gemeente ze krijgen toegewezen, op een huis. “Dan ben je vaak al maanden, of zelfs jaren, onderweg.” Al die tijd kunnen ze hun leven niet oppakken.

Het belang van autonoom zijn

Vervolgens moeten gevluchte mensen inburgeren: ze krijgen taallessen, lessen over de Nederlandse cultuur, een uitkering en een klantmanager. Dat klinkt misschien mooi, zegt Frissen, maar er kleven grote nadelen aan. “We plaatsen daarmee een heel duidelijk perspectief op deze mensen: we gaan ze helpen, ondersteunen.” Ruimte voor het individu is er nauwelijks, want het pad van aanvraag, procedure en integratie is voor iedereen hetzelfde.

Voor mensen uit Oekraïne is dat vooralsnog heel anders. Zij hebben meer autonomie en worden volgens Frissen meer als individu gezien. “Dat merk je ook in de manier waarop de samenleving zich tot hen verhoudt. De overheid speelt een minder grote rol, terwijl de arbeidsmarkt en de samenleving juist meer toenadering zoeken en hen toegang geven tot Nederland.” Frissen merkt daarbij wel op dat mensen uit Oekraïne in zekere zin soberder worden opgevangen: ze krijgen leefgeld in plaats van een uitkering en kunnen geen aanspraak maken op een sociale huurwoning.

"Het systeem maakt van mensen op de vlucht mensen die veel nodig hebben. Terwijl ze veel meer potentie hebben."

Renée Frissen
"Onze mensen"

Dat de verschillen groot zijn heeft volgens Frissen zowel praktische, emotionele als geopolitieke redenen. “Het is nog niet expliciet verwoord, dus het zijn ook aannames die ik doe. Maar het is in elk geval zo dat het COA en de IND zo overbelast zijn en de azc’s zo vol zitten dat het ondoenlijk zou zijn om die 50.000 mensen uit Oekraïne (en waarschijnlijk worden het er meer) op te vangen. Het systeem zou volledig onder druk staan.” Er zijn ook geopolitieke redenen: Europa heeft een blok gevormd tegen Rusland. “Europa heeft gezegd: wij maken van deze mensen geen status aparte, dit zijn onze mensen. We gaan goed voor hen zorgen en dan kunnen ze gewoon weer terug.”

Het verschil tekent zich ook af in de taal die wordt gebruikt in officiële bekendmakingen van de overheid, merkt Frissen op. “Daarin worden ze evacués genoemd, niet vluchtelingen.”

Hoe het anders kan: gelijkwaardigheid en autonomie

Frissen hoopt dat we lessen zullen trekken uit de opvang van Oekraïners. “Mijn hoop is dat we gaan inzien dat je het beste resultaat haalt vanuit gelijkwaardigheid en met op de individu afgestemde maatregelen.” Mensen die dat nodig hebben moeten gebruik kunnen maken van het sociale vangnet, zonder dat iedereen in hetzelfde keurslijf wordt gedrukt. “Het systeem maakt van mensen op de vlucht mensen die veel nodig hebben. Terwijl ze in essentie veel meer potentie hebben.”