Waarom willen we altijd maar productief zijn? Niet alleen tijdens ons werk, maar ook in ons privéleven zijn we druk, druk, druk. Moeten we niet stilstaan en nadenken wat we écht willen met de 68.000 uur van ons leven die we gemiddeld aan werk besteden? Of loop je dan het risico om te ontdekken dat je helemaal niet wil werken? Brainwash vraagt vier denkers om mee te werken aan de zoektocht van wat de zin van werk is. Stroop je mouwen op en ga met ons aan de slag.
Ga jij helemaal op in je werk? Of ben je zoveel meer dan dat? Misschien loop je de kantjes ervan af op je kantoorbaan, of steek je juist al je energie in onbetaald werk. Brainwash onderzoekt samen met vier denkers waarom we geobsedeerd zijn met productiviteit, wat werk betekent en wanneer je baan is uitgewerkt.
Met deze denkers gaan we aan de slag
STOP: Kunnen we jou Brainwashen?
Voor je verder scrollt, hebben we wat huiswerk voor je. Schrijf op een briefje hoe je nu over werk nadenkt. Hoe belangrijk is werk voor jou? Vind je plezier in werk belangrijk of is vooral je salaris? Ben je trots op wat je doet? Schrijf het kort op en stop je brief in een envelop. Volg Brainwash een maand lang en open de envelop aan het einde van de maand. Ben je van gedachten veranderd?
Wat is jouw prangende werkvraag?
Misschien heb je het gevoel dat je teveel waarde hecht aan je werk. Of ben je juist uit de kast gekomen als ambitieloos. Heb jij een vraag voor Frida Boeke, Jelle Wiering, Berber van der Woude of Lieke Knijnenburg over werk? Stel je vraag als tekst, spraakbericht of video in onze Whatsapp-community. We selecteren een aantal vragen die door deze denkers worden beantwoord. Die antwoorden delen we op ons Instagram-kanaal.
Lieke Knijnenburg
vanaf 26 januari onlineLigt het aan jou dat je altijd moe bent? Of aan onze collectieve obsessie om altijd maar productief te willen zijn? Voor veel mensen is de productiviteitsfetisj doorgedrongen in het werk, maar ook in andere facetten van ons leven. Brainwash gaat in gesprek met filosoof Lieke Knijnenburg. Kunnen we nog ontsnappen aan de retoriek van het moeten?